In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Bonjour !
C'est quel jour aujourd'hui ?
mardi 17 novembre 2020
Slide 1 - Tekstslide
le but du cours
- Ik ken de regelmatige werkwoorden op -er
- Ik ken de phrases clés "A une terrasse"
Slide 2 - Tekstslide
De meeste werkwoorden eindigen op - er.
Hoe vervoeg je deze werkwoorden?
Slide 3 - Tekstslide
Vul de juiste ingangen: Je donn... Tu donn... Il/Elle donn... Nous donn... Vous donn... Ils/Elles donn...
Slide 4 - Open vraag
Aan de vlag :)
Oefenen
Slide 5 - Tekstslide
stap 2: maak de stam van het werkwoord parler
A
parle
B
parlons
C
parl
D
perlez
Slide 6 - Quizvraag
vervoeg op de goede manier: Il (travailler) .............................
A
travailles
B
travaille
C
travaillons
D
travaillez
Slide 7 - Quizvraag
Vervoeg op de goede manier: Marc (arrive)............ au collège.
A
arrives
B
arrivent
C
arrivons
D
arrive
Slide 8 - Quizvraag
Vervoeg op de goede manier: Marc et Julie (arriver)............ au collège.
A
arrive
B
arrivons
C
arrivent
D
arrives
Slide 9 - Quizvraag
Vervoeg op de goede manier: Nous (danser)............... volontiers.
A
dansons
B
danse
C
dansent
D
danses
Slide 10 - Quizvraag
Vervoeg op de goede manier: Tu (jouer) .................. avec Jean?
A
joue
B
jouons
C
joues
D
jouent
Slide 11 - Quizvraag
Phrases-clés
A une terrasse
Slide 12 - Tekstslide
Even herhalen!
Drie minuten in stilte
Slide 13 - Tekstslide
timer
3:00
Slide 14 - Tekstslide
Spel !
Spelregels.
Er zijn twee groepen. Groep 1 krijgt de zinnen in het NL. Ieder leerling leest één zin. Van groep 2 geeft één leerling de vertaling. Klaar? Dan draaien we de rollen om.