In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
2.4 "wolken en onweer"
Slide 1 - Tekstslide
Agenda
Wat gaan we vandaag bespreken
Dauwpunt
Stapelwolken
Onweer
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt met behulp van een grafiek bepalen hoe hoog het dauwpunt is.
Je kunt uitleggen van welke factor de hoogte van het dauwpunt afhangt.
Je kunt stap voor stap beschrijven op welke manier stapelwolken ontstaan.
Je kunt het verschil beschrijven tussen mooiweerwolken en buienwolken.
Je kunt beschrijven op welke manier de bliksem en de donder ontstaan.
Slide 3 - Tekstslide
MooiWeerWolken
Slide 4 - Tekstslide
Hoe onstaat een wolk?
De zon verwarmt het zeewater, het vloeibare water verandert in waterdamp. Als de lucht met waterdamp afkoelt, treedt er condensatie op en ontstaat er een wolk
Hoe onstaat neerslag in een wolk?
Neerslag ontstaat als miljarden zwevende druppeltjes en ijsdeeltjes in wolken aan elkaar gaan kleven. Ze worden te zwaar en vallen naar beneden.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Dauwpunt
De temperatuur waarbij waterdamp
in de lucht gaat condenseren heet
het dauwpunt. Het dauwpunt hangt
af van de hoeveelheid vochtigheid
in de lucht: hoe meer vocht in de lucht,
hoe hoger het dauwpunt ligt.
Slide 7 - Tekstslide
Dauwpunt
Koud, weinig water in de lucht.
Warm veel meer water in de lucht.
Wanneer deze afkoelt dauw.
Slide 8 - Tekstslide
SlechtWeerWolken
Slide 9 - Tekstslide
Stapelwolken
Stapelwolken ontstaan door warme
lucht die uitzet. Bij het dauwpunt
gaan de lucht condenseren
(vlakke onderkant)
maar de bellen warme lucht stijgen nog verder, zo stapelen de wolken zich op.
Slide 10 - Tekstslide
condensatie niveau
Slide 11 - Tekstslide
Stapelwolken
Slide 12 - Tekstslide
Statische lading
Elektrische lading komt voor op twee manieren, positief en negatief.
Elektrische lading kan ontstaan door wrijving.
als de lading ontstaat door wrijving noemen we dat
statische elektriciteit
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Bliksem
De grote stroom zorgt ervoor dat de lucht heet wordt.
De lucht wordt zo heet, dat hij wit licht geeft.
Door de hitte zet de lucht snel uit, hierdoor krijg je een geluidsgolf (donder)
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Veiligheid bij onweer
Hoe kunnen wij ons beschermen tegen onweer?
Slide 17 - Tekstslide
Veiligheid bij onweer
Blijf uit de buurt van bomen en andere hoge voorwerpen;
Maak jezelf zo klein mogelijk door gehurkt te gaan zitten;
Ga nooit plat op de grond liggen.
Slide 18 - Tekstslide
Maken opdrachten
1 t/m 11 (12 overslaan)
Slide 19 - Tekstslide
Afsluiting
Je kunt met behulp van een grafiek bepalen hoe hoog het dauwpunt is.
Je kunt uitleggen van welke factor de hoogte van het dauwpunt afhangt.
Je kunt stap voor stap beschrijven op welke manier stapelwolken ontstaan.
Je kunt het verschil beschrijven tussen mooiweerwolken en buienwolken.
Je kunt beschrijven op welke manier de bliksem en de donder ontstaan.
Slide 20 - Tekstslide
Maak bij deze opdracht gebruik van de grafiek. Op een zonnige dag is de temperatuur 30 °C. De lucht bevat 10 gram waterdamp per m3. In de nacht koelt het af tot 12 °C.
Zal in de nacht mist kunnen ontstaan?
A
Ja
B
Nee
Slide 21 - Quizvraag
Op een zonnige dag van 25 °C bevat de lucht 10 gram waterdamp per m3. De warme lucht stijgt op (vanaf 0 m) en iedere 1000 meter daalt de temperatuur 7 °C.
Bereken op welke hoogte er wolken ontstaan. Rond je antwoord af op een heel getal
Slide 22 - Open vraag
1 De zon verwarmt het aardoppervlak
2
3
4
5 De bellen met warme lucht bewegen omhoog
6
7
8
9 Er is een stapelwolk ontstaan
De waterdamp in de luchtbel condenseert.
Op de warmste plekken wordt de lucht boven de grond ook warmer
De warme lucht zet uit
Nu ontstaan grote bellen met warme lucht
Tijdens het stijgen koelt de lucht weer af
Op een gegeven moment daalt de temperatuur onder het dauwpunt
Slide 23 - Sleepvraag
Hoe wordt een onweerwolk elektrisch geladen?
A
door naar beneden vallende regendruppels
B
door naar beneden vallende hagelkorrels
C
Doordat ijskristallen en waterdruppels tegen elkaar aan bewegen
D
doordat warme lucht in een onweerswolk een extreem grote hoogte kan bereiken