In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Vertaal het woord 'veel' naar het Engels.
Slide 2 - Open vraag
Wanneer gebruik je 'a lot of'?
A
Bij een bevestigende zin.
B
Bij een vragende zin.
C
Bij een ontkennende zin
Slide 3 - Quizvraag
'Veel'
Bevestigende zinnen (+) : 'veel' vertaal je met a lot of .
Vragende zinnen (?) en ontkennende zinnen (-) : Much > voor niet-telbare woorden Many > voor telbare woorden
Slide 4 - Tekstslide
Telbaar en niet-telbaar
I don't have much money. money is niet telbaar > much
Have you got many books on sale? books is telbaar > many
Slide 5 - Tekstslide
Dus:
Bevesitigende zinnen (+): gebruik altijd 'a lot of'
Ontkennende (-)/vragende (?) zinnen:
- bij ontelbaar: much
- bij telbaar: many
Ff checken of je het snapt...
Slide 6 - Tekstslide
The library has a lot of books. Wat voor soort zin is dit?
A
vraagzin
B
bevestigende zin
C
een Engelse zin
D
ontkennende zin
Slide 7 - Quizvraag
Much, many or a lot of? I don't have _____ money
A
Much
B
Many
C
a lot of
Slide 8 - Quizvraag
Much, many or a lot of? I don't have ____ information.
A
Much
B
Many
C
a lot of
Slide 9 - Quizvraag
Much, many or a lot of? I have _____ questions.
A
Much
B
Many
C
a lot of
Slide 10 - Quizvraag
tables
coffee
children
rain
bicycles
much
much
many
many
many
Slide 11 - Sleepvraag
Wat
Maak 1 online oefeningen die in Magister staat.
Hoe
De link staat in de les van vandaag.
Hulp
Your brain! & zojuist gegeven uitleg
Tijd
3 min.
Uitkomst
Laat je resultaat zien.
Klaar
Maak de expert opdracht ook (link in Magister)
timer
3:00
Slide 12 - Tekstslide
Vertaal het woord 'weinig' naar het Engels.
Slide 13 - Open vraag
Weinig, een beetje, een paar
Weinig vertaal je met 'little'en 'few'. little gebruik je bij niet-telbare woorden. few gebruik je bij telbare woorden.
Een beetje/een paar: a little > niet-telbare woorden a few > telbare woorden
Slide 14 - Tekstslide
Little
I picked ... peaches.
There is ... you can do about it.
I have ... problems with it.
I would like ... peace and quiet.
A little
Few
A few
Slide 15 - Sleepvraag
LITTLE/FEW ..... water
A
few
B
little
Slide 16 - Quizvraag
There were ... horses in the field.
A
little
B
few
C
a little
D
a few
Slide 17 - Quizvraag
... cities match the beauty of Rome.
A
little
B
few
C
a little
D
a few
Slide 18 - Quizvraag
Nu alles door elkaar heen!
Slide 19 - Tekstslide
tables
coffee
children
rain
bicycles
much
many
Slide 20 - Sleepvraag
There are ................ people here!
A
much
B
many
C
a lot of
D
few
Slide 21 - Quizvraag
There is ................ water here!
A
much
B
many
C
little
D
few
Slide 22 - Quizvraag
I have ..(1).. friends, but ..(2).. time.
A
1. much 2. a lot of
B
1. much 2. little
C
1. many 2. few
D
1. a lot of 2. little
Slide 23 - Quizvraag
"Mom, I'm going to bake a .............. cupcakes this afternoon. All my friends want to taste them. How .............. eggs do we still have? And how ............. butter is in the fridge?"
Mom: "Ow, let me check. It looks like there is only a ............ eggs left. And there is also just a ............ butter. I don't think you will have enough. I'm doing groceries later today. I'll bring you some."