Terminologie verhaalanalyse H4 herhaling

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Terminologie verhaalanalyse

Een herhaling H4

De volgorde waarin de gebeurtenissen plaatsvinden.

De tijdsduur die het lezen van het verhaal/boek in beslag neemt.

De tijdsduur die in het verhaal/boek beschreven wordt.

Chronologie

Vertelde tijd

Verteltijd

Lees de inleiding van de 'De test'

Het onderzoeksteam had voor de eerste test gekozen voor Juliette, en niet voor Femke, zijn jonge weduwe. Dat flatteerde Juliette, het was een erkenning van haar werk. Een paar dagen lang verwachtte ze schriftelijk protest, een juridische reactie, net zoals Femke de rechtsgeldigheid van Willems testament had aangevochten toen bleek dat zij, zijn secretaresse, zijn bibliotheek zou erven, inclusief de befaamde kast met dubbel slot waarin hij in de loop van zijn schrijfcarrière de vierhonderd eerste drukken uit de wereldliteratuur had verzameld, verzekerd voor een aanzienlijk bedrag.

Leg uit of het verhaal In medias res of met een inleiding begint.

Flashbacks betrek je nooit bij de chronologie.

1. waar
2. niet waar

Bij een open einde is er altijd een duidelijke afloop.

1. waar
2. niet waar

Klimatologische omstandigheden

Historische tijd

Topografische ruimte

Lees de inleiding van de 'De test'

Het onderzoeksteam had voor de eerste test gekozen voor Juliette, en niet voor Femke, zijn jonge weduwe. Dat flatteerde Juliette, het was een erkenning van haar werk. Een paar dagen lang verwachtte ze schriftelijk protest, een juridische reactie, net zoals Femke de rechtsgeldigheid van Willems testament had aangevochten toen bleek dat zij, zijn secretaresse, zijn bibliotheek zou erven, inclusief de befaamde kast met dubbel slot waarin hij in de loop van zijn schrijfcarrière de vierhonderd eerste drukken uit de wereldliteratuur had verzameld, verzekerd voor een aanzienlijk bedrag.

Welke vertelwijze wordt gebruikt in het fragment uit 'De test'. Leg uit waaraan je de vertelwijze herkent.

Beschrijf een round character uit de trailer. Leg uit waarom het personage een round character is.

Beschrijf een flat character uit de trailer. Geef karaktereigenschappen.

Noteer naar aanleiding van het filmpje:
1. Een verhaalmotief;
2. Een abstract motief.

Jaaroverzicht