les 3; De Weegschaal

les 3; De Weegschaal
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GWOMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 135 min

Onderdelen in deze les

les 3; De Weegschaal

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Wat weet jij nog van les 2?
  • Theorie werken met de weegschaal 
  • Opdracht wegen maken
  • De keuken in

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les:

  • Kan jij de weegschaal bedienen;
  • Kan jij de juiste hoeveelheden afwegen;
  • Kan jij een een recept lezen en zelfstandig een gerecht maken

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel zin heb je in deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 4 - Poll

Wat weet jij nog van les 2

Slide 5 - Tekstslide

Hoe wegen we vloeistoffen af?
A
Litermaat
B
Maatcilinder
C
Weegschaal

Slide 6 - Quizvraag

Uit welke onderdelen bestaat een recept? Noem er minimaal 3.

Slide 7 - Open vraag

Zet de inhoudsmaten op de goede volgorde en begin met de grootste inhoudsmaat.
milliliter
deciliter
liter
centiliter

Slide 8 - Sleepvraag

Wat is gelijk aan 3800 g?
A
3,8 kg
B
38 kg
C
0,38 kg
D
380 kg

Slide 9 - Quizvraag

Hoeveel milliliter is 15 deciliter?
A
1,5
B
150
C
1500
D
15000

Slide 10 - Quizvraag

Je hebt 100 milliliter melk nodig.
Hoeveel deciliter is dat?
A
0,1 dl
B
1 dl
C
10 dl
D
100 dl

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel milliliter is 1/4 deciliter?
A
2,5 ml
B
25 ml
C
250 ml

Slide 12 - Quizvraag

Zet de inhoudsmaten 
in de goede volgorde
van groot naar klein.
0,7 l
71 dl
720 ml
450 cl
345 ml

Slide 13 - Sleepvraag

Welke 2 inhoudsmaten
zijn gelijk aan 0,8 liter?
A
8 dl en 8000 ml
B
8 dl en 800 ml
C
80 cl en 8000 ml
D
800 cl en 8000 ml

Slide 14 - Quizvraag

In een glas zit 3 dl sinaasappelsap. Hoeveel liter is dit?
A
0,03 l
B
0,3 l
C
3 l
D
30 l

Slide 15 - Quizvraag

De weegschaal

Slide 16 - Tekstslide

Keukenweegschaal
Digitale weegschaal

Slide 17 - Tekstslide

Hoe weeg je af?
  1. De weegschaal staat op een vlakke ondergrond
  2. Je maakt altijd gebruik van een bakje of bord
  3. Het gewicht van het bakje of bord weeg je niet mee
  4. na afloop maak je de weegschaal schoon met een lichtvochtig doekje
Let op! Weegschaal mag niet in het water!!

Slide 18 - Tekstslide

Waarom gebruik je altijd een bakje voor het wegen?

Slide 19 - Open vraag

Hoe weeg je nu eigenlijk goed af?

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Hoeveelheden schatten
Wie goed is in schattend rekenen, kan daarmee eigen berekeningen checken: dit antwoord kan nooit goed zijn, dus ik reken het nog eens na.

Slide 22 - Tekstslide

Opdrachten 
Magister.Learn
3: de weegschaal -> opdracht de weegschaal


Slide 23 - Tekstslide