4.2 aan het werk

waarom werken

1. geld

2.status

3. ervaring opdoen

4. sociale contacten

werk

1. wit werk :je betaald belasting en premies van je loon

2. zwart werk: je betaald geen belasting en premies van je loon

3. grijs werk: je betaald geen belasting en premies maar ontvangt een vergoeding

arbeidsmarkt

de vraag naar arbeid en het aanbod van arbeid

De werknemers zijn de aanbieders van arbeid en de bazen zijn de vragers naar arbeid

ruime arbeidsmarkt

het aanbod van arbeid is groter dan de vraag naar arbeid, veel werkloosheid, gaat slecht met de economie

krappe arbeidsmarkt

het aanbod van arbeid is kleiner dan de vraag naar arbeid, weinig werkloosheid, vele vacatures, het gaat economisch goed

leidinggevend arbeid

je geeft opdrachten aan een aantal personeelsleden

uitvoerende arbeid

werknemer doet in opdracht van de baas een aantal werkzaamheden

conjunctuur

op en neergaande beweging in de economie

huiswerk : 

de toets hoofdstuk 3 en 4  en tijdens de les opgave 1,2 en 4 maken, moet lukken, succes