In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
zonne-energie en andere (duurzame) energiebronnen
Slide 1 - Tekstslide
Hoeveel procent van de in 2022 gebruikte energie was in Nederland Duurzaam?
A
15%
B
30%
C
45%
D
60%
Slide 2 - Quizvraag
stroom per technologie voor januari 2022
Slide 3 - Tekstslide
brandstoffen
Meest gebruikte brandstoffen zijn fossiele brandstoffen. Hiermee wekken we elektriciteit op.
Aangezien deze op raken kijken we naar andere oplossingen zoals wind, water en zonne energie.
Wind - windmolens
Water - Waterkrachtcentrales
Zonne energie - Zonnepanelen & Zonnecollectoren
Slide 4 - Tekstslide
Gascentrale
Slide 5 - Tekstslide
Windmolen
Slide 6 - Tekstslide
Waterkracht centrale
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Zonne-energie is
A
windenergie
B
bewegingsenergie
C
elektrische energie
D
stralingsenergie
Slide 9 - Quizvraag
Stralingsenergie
wordt gebruikt voor/door:
verwarmen van het aardoppervlak en atmosfeer
zonnecollector
zonnepaneel
Slide 10 - Tekstslide
Zonnecollector vs zonnepanelen
ZONNECOLLECTOR:
stralingsenergie --> warmte
ZONNEPANELEN (ZONNECEL):
stralingsenergie --> elektrische energie
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Rendement
Een zonnecel zet helaas niet alle stralingsenergie die hij opvangt, om in elektrische energie.
Het rendement is zo'n 20%.
Dit betekent dat 20% van de stralingsenergie wordt omgezet in elektrische energie.
Slide 13 - Tekstslide
Rendement is 20 %
Stralingsenergie
100 %
Elektrische energie 20 %
Warmte 80 %
Slide 14 - Tekstslide
Rendement berekenen:
Slide 15 - Tekstslide
Voorbeeld:
Een gloeilamp krijgt 200 J elektrische energie.
De lamp zet 40 J om in licht en 160 J om in warmte.
Hoe groot is het rendement van deze gloeilamp?
( n = 40/200 x 100% = 20% )
Slide 16 - Tekstslide
een plant haalt uit 100 J zonne-energie maar 1 J energie. Wat is het rendement dus?
A
50%
B
10%
C
1%
D
100%
Slide 17 - Quizvraag
werking zonne collector
De zonnecollector vangt zonlicht op en gebruikt deze warmte voor het verwarmen van een vloeistof (bijv. glycol)
Deze vloeistof kan een temperatuur van wel 90 graden Celcius bereiken. De opgewarmde vloeistof wordt via een buizensysteem naar het voorraadvat gestuurd dat gevuld is met leidingwater, waardoor het water wordt verwarmd.