-les B 28-1-2025 2KGT
1 / 52
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
In het buitenland denken ze bij Duitse mode aan Dirndl en Lederhose
A
Richtig
B
Falsch
Slide 13 - Quizvraag
Duitsers dragen het liefste praktische kleding?
A
Richtig
B
Falsch
Slide 14 - Quizvraag
Veel mensen gaan minsten een keer per week shoppen
A
Richtig
B
Falsch
Slide 15 - Quizvraag
Duitse vrouwen dragen graag een jurkje.
A
Richtig
B
Falsch
Slide 16 - Quizvraag
De kleding die je aandoet hangt af van je beroep.
A
Richtig
B
Falsch
Slide 17 - Quizvraag
Een donkere kleur pak is proffesioneler.
A
Richtig
B
Falsch
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
1. Welke bewering(en) is/zijn juist? Schrijf de letter(s) van de juiste bewering(en) op
A. Alexa is al drie dagen in München.
B. Alexa blijft nog een week bij haar opa.
A. Alexa is al drie dagen in München.
B. Alexa blijft nog een week bij haar opa.
Slide 22 - Open vraag
2. Welke bewering(en) is/zijn juist? Schrijf de letter(s) van de juiste bewering(en) op.
A. Maggie heeft op dinsdag en vrijdag gym.
B. Maggie vindt wiskunde moeilijk.
A. Maggie heeft op dinsdag en vrijdag gym.
B. Maggie vindt wiskunde moeilijk.
Slide 23 - Open vraag
3. Heeft Marie broers en zussen?
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Marie stellt sich vor
A
Ja, 3 zussen
B
Ja, 3 broers en zussen
C
Nee
Slide 24 - Quizvraag
4. Wat doet Marie niet zo graag?
Marie stellt sich vor
Slide 25 - Open vraag
5. Wat zijn haar hobby's?
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Marie stellt sich vor
A
paardrijden, met de hond wandelen, bakken
B
paardrijden, vrienden ontmoeten,sporten.
C
bakken, vrienden ontmoeten, lezen
Slide 26 - Quizvraag
6. Heeft Maite broers en/of zussen?
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Maite stellt sich vor
A
nee
B
ja, een oudere broer
C
ja, een jongere zus
D
ja, een oudere zus
Slide 27 - Quizvraag
7. Wat zijn Maites hobby's?
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Maite stellt sich vor
A
muziek , dansen en met vrienden iets doen
B
muziek , dansen, paardrijden
C
muziek maken, dansen ,dieren
Slide 28 - Quizvraag
Slide 29 - Tekstslide
11. Wie neemt de Gemüsesuppe ( groentesoep)?
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
Schrijf de letter van het juiste antwoord op.
A
Andreas
B
Anja
C
Beate
Slide 30 - Quizvraag
12. Wie is er ouder? De vader of moeder van Johanna?
A
Vater
B
Mutter
Slide 31 - Quizvraag
13. Hoe oud is Johanna?
Schrijf het op in cijfers.
Schrijf het op in cijfers.
Slide 32 - Open vraag
14. Hoe groot is Lola?
Schrijf haar lengte op in cijfers
Schrijf haar lengte op in cijfers
Slide 33 - Open vraag
15. Wat is de hobby van Aaron?
Antwoord in het Nederlands.
Antwoord in het Nederlands.
Slide 34 - Open vraag
16. Hoeveel vakken studeert Sebastian?
Antwoord in cijfers.
Antwoord in cijfers.
Slide 35 - Open vraag
17 1) Hoe gaat Lena naar school?
2) Hoe laat is de school meestal uit?
Beantwoord beide vragen in het Nederlands.
2) Hoe laat is de school meestal uit?
Beantwoord beide vragen in het Nederlands.
Slide 36 - Open vraag
Slide 37 - Tekstslide
19. Hoe oud is de broer van Sonja?
Antwoord in cijfers.
Antwoord in cijfers.
Slide 38 - Open vraag
20. Waarom wilde Johannes naar Parijs?
Antwoord in het Nederlands.
Antwoord in het Nederlands.
Slide 39 - Open vraag
21. Je gaat met je vader, moeder, broertje van 10 en zusje van 6 naar het museum. Hoeveel moeten jullie betalen (inclusief jezelf)?
Slide 40 - Open vraag
22. Welk vak naast de talen werd ook
genoemd als een lievelingsvak?
Antwoord in het Nederlands.
genoemd als een lievelingsvak?
Antwoord in het Nederlands.
