Herhaling H1

 Nederland in 1848
Tijdvak van Burgers en Stoommachines
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

 Nederland in 1848
Tijdvak van Burgers en Stoommachines

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Je kunt enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.
  • Je kunt uitleggen welke idealen de liberalen hadden op politiek en economisch gebied.
  • Je kunt uitleggen waarom er in 1848 een nieuwe grondwet kwam.
Leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederland 1815 - politiek
  • 1813: Napoleon verslagen
  • NL + BE + LUX samengevoegd als sterk front tegen Frankrijk (tot 1830)
  • Nederland wordt een constitutionele monarchie (vwo)
  • Koning Willem I heerst alleen
  • Parlement (eerste + tweede kamer) is niet democratisch

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Koning Willem I verbeterde de infrastructuur in zijn koninkrijk. Zo liet hij de Zuid-Willemsvaart van Den Bosch naar Maastricht aanleggen. Dit vergemakkelijkte de handel tussen het noorden en het zuiden van het land. Het kanaal ging in 1826 open. Deze afbeelding van de Zuid-Willemsvaart in Den Bosch is gemaakt rond 1860.
Liberalen
  • Liberalen: aanhangers van het liberalisme. Rijke burgers.
  • Willem I besloot bijna alles alleen. Liberalen willen meer inspraak
  • Zijn voor economische vrijheid: 'handel en economie groeien alleen zonder politieke bemoeienis'

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Grondwet van 1848
  • 1840: Willem I overlijdt --> Willem II volgt hem op
  • 1848: in heel Europa breken rellen uit
  • Willem II  bang voor rellen in NL --> vraagt Thorbecke nieuwe grondwet te schrijven

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Grondwet van 1848
  • Parlement is de baas, niet de koning
  • Parlement kiest en ontslaat ministers
  • Rijke mannen kiezen vertegenwoordigers = censuskiesrecht (vwo)
  • Nederland wordt parlementaire democratie

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Socialisme (1)
  • In Nederland hebben alleen rijke mensen kiesrecht, zij stemmen op de liberalen
  • De liberale overheid deed niets om het leven van arbeiders te verbeteren

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Socialisme (2)
  • Rond 1850 ontstaat het socialisme:  vóór de arbeiders
  • Karl Marx was de bedenker: hij voorspelde een  revolutie van de arbeiders tegen de fabriekseigenaren 
  • Privébezit zou volgens Marx worden afgeschaft          einde klassenmaatschappij
klik voor Marx

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Socialisme (3)
  • Sommige socialisten geloven niet in Marx' revolutie
  • Zij zijn sociaaldemocraten
  • Willen het leven van arbeiders vreedzaam verbeteren
  • Bijvoorbeeld: d.m.v. vakbonden en sociale wetten

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale wetten (1)
  • Sociale kwestie  (=  de armoede van de arbeidersklasse) wordt steeds groter
  • Zowel socialisten als liberalen zijn bezorgd
  •          er komen sociale wetten

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale wetten (2)
  • 1874: eerste sociale wet. 'Het Kinderwetje van Van Houten' 
  • Kinderen <12 mogen niet meer in fabrieken werken
  • ± 1900: woningwetten en leerplicht
  • Betere medicijnen en riolering  zorgen voor minder ziektes
klik voor prent

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale wetten (3)
  • 1894: Sociaaldemocraten richten een politieke partij op: de SDAP (Sociaaldemocratische Arbeiders Partij)
  • Belangrijkste doel: kiesrecht voor alle mannen
  • 1917: Algemeen mannenkiesrecht
  • 1919: Algemeen kiesrecht
klik voor poster SDAP

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies