verslaving

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Verslaving

DOEL VAN DEZE LES

Hoe bewust ben jij je van een verslaving? 

Wat is verslaving?

Bij een verslaving heb je geen controle meer over het gebruik van middelen of over bepaald gedrag. Je wil bijvoorbeeld stoppen met gebruiken of iets doen, maar dat lukt steeds maar niet. 

Welke verslavingen ken je?

Je kunt verslaafd zijn aan: 

• Alcohol
• Drugs
• Medicijnen
• Gokken
• Roken
• Seks
• Gamen
• Shoppen
• Werken
• Eten
• Suiker

Ik heb zelf wel eens een verslaving gehad.

Ja, ik heb nu nog steeds een verslaving

Ja, maar het is me gelukt om ermee te stoppen

Nee

Ik ken iemand uit mijn directe omgeving die verslaafd is of is geweest.

Ja

Nee

IN EEN KRINGETJE

Verslaafd zijn betekent dat je afhankelijk bent van een middel of van bepaald gedrag om je goed te voelen. Het lukt je ook niet meer om ermee te stoppen. Je draait in een kringetje rond…

WAT VIND JIJ?

www.vincentverslavingszorg.nl

Ga naar instellingen en bekijk je schermtijd

Hoe lang zit jij per dag/week op je telefoon?

Hoeveel schermtijd is gezond?

0 tot 2 jaar: Geen schermgebruik.

2 tot 4 jaar: Maximaal 30 minuten per dag.

4 tot 6 jaar: Maximaal 1 uur per dag (bij voorkeur verdeeld over 4 sessies van 15 minuten).

6 tot 8 jaar: Maximaal 1 uur per dag (bij voorkeur verdeeld over 2 sessies van 30 minuten).

8 tot 10 jaar: Maximaal 1 tot 1,5 uur per dag.

10 tot 12 jaar: Maximaal 2 uur per dag.

12 jaar en ouder: Maximaal 3 uur per dag.

Daarnaast is de 20-20-2-regel handig: kijk 20 minuten naar een scherm en neem dan 20 seconden pauze door bijvoorbeeld even naar buiten te kijken.

Gevolgen

• Oogvermoeidheid
•  Slaapproblemen
• Lichamelijke klachten door weinig beweging
• Stress en angst
• Verminderde concentratie
• Verslaving
• Sociale isolatie

Opdracht over verslaving

1. Maak 2 of 3-tallen.
2. Ieder groepje krijgt een verslavingsvorm van dia 5.
3. Zoek uit:
   - Wat de verslaving inhoudt
   - Wat zijn de gevolgen voor de persoon (sociaal/gezondheid)
   - Wat zijn de gevolgen voor de omgeving
   - Wat vindt je hiervan?
4. Presenteer aan de klas