H1 het menselijk lichaam (spieren en organen)

H1 deel2
Spieren en organen
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
ik en de maatschappijPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 10 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1 deel2
Spieren en organen

Slide 1 - Tekstslide

Spierstelsel

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Spieren
Aan je botten zitten spieren.

Spieren en gewrichten heb je nodig om bewegingen te kunnen maken. 

Slide 5 - Tekstslide

Waar kan je lichaam door bewegen?
A
Alleen door botten
B
Door botten en spieren samen
C
Alleen door spieren

Slide 6 - Quizvraag

je spieren zitten vast aan je skelet met
A
pezen
B
spierbundels
C
vliezen
D
spieren

Slide 7 - Quizvraag

Waar bestaan spieren uit?
A
Pezen
B
Spiervezels
C
Vlies

Slide 8 - Quizvraag

Je hebt ook spieren in je organen.
Bijvoorbeeld in 
    de maag
    darmen
    in je huid

Je hart is ook een spier

Slide 9 - Tekstslide

Werking van de spier

Slide 10 - Tekstslide

Hoe werkt een spier?
  • Spiercellen vormen spiervezels
  • Groepjes spiervezels vormen spierbundel
  • Om spierbundel zit een vlies
  • vliezen zijn bij de uiteinden aan elkaar gegroeid = pees
  • Pezen zitten vast aan botten

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Een spier die ontspannen is, is langer en dunner.
Als je arm buigt, heb je je 'armbuigspier' (biceps) gespannen. 

Als je de arm weer wil strekken, dan is je 'armstrekspier' (triceps) gespannen

Slide 14 - Tekstslide

Antagonisten = tegengestelde spieren
Een gespannen spier is korter en dikker. De spier trekt dan botten naar elkaar toe.

Slide 15 - Tekstslide

Als de armbuigspier samentrekt wordt hij:
A
langer en dunner
B
langer en dikker
C
korter en dikker
D
korter en dunner

Slide 16 - Quizvraag

Maak opdracht 10 en 11 (12 en 13)

Slide 17 - Tekstslide

Pezen
Elke spier zit vast aan het bot met pezen. 

Slide 18 - Tekstslide

Pezen

Slide 19 - Tekstslide

De spieren zitten met pezen vast aan de botten
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Maak opdracht 14 en 15

Slide 21 - Tekstslide

spijsvertering

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

Maak opdracht t/m 18
(Lees ook het blauwe stuk op 16 en 17)

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Tekstslide

Maak opdracht 20 

Slide 28 - Tekstslide

Nu volgt het filmpje van opdracht 21

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Maak opdracht 21, 22, 23, 24 en 25

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video