In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
9.1 wat is criminaliteit?
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kan het verschil uitleggen tussen een overtreding en een misdrijf
Je kan uitleggen waarom criminaliteit tijdsgebonden is
Slide 2 - Tekstslide
Aan de slag
10 minuten stil werken
Paragraaf 9.1
Opdracht 2 t/m 7, 9 en 10
Slide 3 - Tekstslide
Wanneer is iets asociaal? En wanneer is iets strafbaar?
Slide 4 - Woordweb
Strafbaar of alleen asociaal
Asociaal betekent dat je geen rekening met anderen houdt
Strafbaar betekent dat je wetsregels overtreedt
Slide 5 - Tekstslide
Voordringen in de rij
Asociaal
Strafbaar
Slide 6 - Poll
Afval weggooien in de natuur
Asociaal
Strafbaar
Slide 7 - Poll
Wat betekent criminaliteit?
Slide 8 - Woordweb
Criminaliteit: alles wat wettelijk verboden is
Criminaliteit zijn misdrijven zoals die in de wet staan.
Maar wanneer is iemand een crimineel?
Slide 9 - Tekstslide
Strafrecht
Hoe gaat de overheid om met burgers die de wet overtreden?
Wie treedt namens de overheid op?
Slide 10 - Tekstslide
Overtreding
Minder ernstig strafbaar
Vaak met een boete afgedaan
Niet altijd Officier van Justitie bij betrokken
Veroorzaken van overlast, door rood rijden, wildplassen, zwartrijden
Lagere straffen
Niet altijd een strafblad
Misdrijf
Ernstig strafbare feiten
Gevangenisstraf
Altijd Officier van Justitie bij betrokken
Moord, doodslag, verkrachting, drughandel, rijden onder invloed, ontvoering, diefstal
Hoge straffen
Strafblad
Slide 11 - Tekstslide
Verschil misdrijf en overtreding
Misdrijven worden altijd geregistreerd (ten minste 20 jaar). Dit geldt ook voor overtredingen met een boete vanaf 100 euro, taakstraf of vrijheidsstraf.
De straffen voor misdrijven zijn hoger.
Een poging tot overtreding is niet strafbaar, een poging tot misdrijf wel.
Slide 12 - Tekstslide
A
Overtreding
B
Misdrijf
Slide 13 - Quizvraag
A
Overtreding
B
Misdrijf
Slide 14 - Quizvraag
A
Overtreding
B
Misdrijf
Slide 15 - Quizvraag
A
Overtreding
B
Misdrijf
Slide 16 - Quizvraag
Rechtsregels zijn plaatsgebonden
In Nederland zijn abortus en euthanasie (op voorwaarden) toegestaan
In Nederland mogen homo’s met elkaar trouwen
(Vuur)wapens zijn in Nederland verboden
Nederland kent geen doodstraf
Slide 17 - Tekstslide
Rechtsregels zjn tijdgebonden
Spugen was vroeger een misdrijf
Sinds 1970 is overspel niet meer strafbaar
Tegenwoordig is hacken van computers strafbaar
Vroeger stonden er gevangenisstraffen op homoseksualiteit
Slide 18 - Tekstslide
Wat kost de boete voor appen op de fiets?
A
80 euro
B
95 euro
C
100 euro
D
160 euro
Slide 19 - Quizvraag
Hoe lang is levenslang?
A
De rest van je leven
B
30 jaar
C
25 jaar
D
20 jaar
Slide 20 - Quizvraag
Wat is de maximale straf bij een verkrachting?
A
6 jaar
B
10 jaar
C
12 jaar
D
100 uur taakstraf
Slide 21 - Quizvraag
Wat is de maximale strafmaat voor doodslag?
A
5 jaar gevangenis
B
10 jaar gevangenis
C
15 jaar gevangenis
D
25 jaar gevagenis
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Video
PO
Je doet onderzoek naar het thema criminaliteit Per les behandelen we een paragraaf – de opdrachten uit de PO kun je tot en met die paragraaf maken in de les (en daarbuiten)
2-tal / 3-tal: 2 A4’tjes in Word Teams opdrachten, zondag 23 juni, 23.59 uur