4.2 Wat valt er te kiezen?

Lesdoelen
4.2: Wat valt er te kiezen?
  • ..je kunt uitleggen wat een politieke stroming is
  • ..je kunt kenmerken benoemen van de drie bekendste politieke stromingen
  • ..je kunt het verschil beschrijven tussen linkse, rechtse en middenpartijen
  • ..je kunt omschrijven wat populisme inhoudt
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Lesdoelen
4.2: Wat valt er te kiezen?
  • ..je kunt uitleggen wat een politieke stroming is
  • ..je kunt kenmerken benoemen van de drie bekendste politieke stromingen
  • ..je kunt het verschil beschrijven tussen linkse, rechtse en middenpartijen
  • ..je kunt omschrijven wat populisme inhoudt

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.2: Wat valt er te kiezen?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Politieke stromingen
De meeste partijen horen bij een politieke stroming

Binnen een stroming zijn mensen het met elkaar eens over wat belangrijk is in de maatschappij

De drie bekendste stromingen zijn:
  • Liberalisme
  • Sociaal-democratie
  • Christen-democratie

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Liberalisme
Liberalisme: vrijheid is de belangrijkste waarde

  • Economische vrijheid: met zo min mogelijk regels je eigen geld kunnen verdienen
  • Persoonlijke vrijheid: de vrijheid om te leven zoals jij dit wilt

D66 is overigens totaal niet liberaal buiten de economie om.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociaal-democratie
Sociaal-democratie: solidariteit en gelijkwaardigheid zijn de belangrijkste waarden

  • Solidariteit: je staat klaar voor mensen met wie het niet zo goed gaat
  • Gelijkwaardigheid: alles moet zo eerlijk mogelijk bepaald worden

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Christen-democratie 
Christen-democratie: stroming met het christelijke geloof en de bijbel als uitgangspunt

  • Vooral naastenliefde is voor christen-democraten belangrijk
  • Burgers moeten voor elkaar zorgen en elkaar helpen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pieter zegt: ''Ik vind dat burgers meer elkaar moeten helpen.'' Bij welke politieke stroming hoort Hans?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Links, midden en rechts
Een andere manier om partijen in te delen:

  • Linkse partijen zijn voor een actieve overheid
  • Rechtse partijen zijn voor een passieve overheid
  • Middenpartijen zijn partijen die vinden dat de overheid alleen moet helpen als het mensen zelf niet lukt

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een politieke partij geeft aan dat men de uitkeringen wil verhogen. Tot welke stromingen en politieke richting (links,midden,rechts) hoort deze partij?
A
Liberalisme, links.
B
Sociaal-democratie, rechts.
C
Sociaal-democratie, links.
D
Christen-democratie, links.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een politieke partij geeft aan dat men minder regels wilt bij het kopen van een huis. Tot welke stromingen en politieke richting (links,midden,rechts) hoort deze partij?
A
Liberalisme, links.
B
Liberalisme, rechts
C
Christen-democratie, links
D
Christen-democratie, rechts.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een politieke partij geeft aan dat men minder regels Tot welke stromingen en politieke richting (links,midden,rechts) hoort deze partij?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Is de VVD links of rechts? Leg uit?
Waaruit blijkt dat Yesilgöz-Zegerius (de vrouw uit de video) liberaal is?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Populisme
Sommige partijen horen niet bij een stroming. Deze delen we in bij het populisme.

Populistische politici zeggen dat ze de 'stem van het volk' laten horen

De opvattingen van populisten zijn niet perse rechts of links. Het gaat vaak over sterk nationalistische standpunten.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kunnen niet-populistische partijen ook wel eens iets zeggen dat populistisch is? Ja of nee is voldoende.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke van de onderstaande stromingen en politieke richtingen hoort de VVD?
A
Sociaal-democratie, links.
B
Christen-democratie, midden.
C
Christen-democratie, rechts.
D
Liberalisme, rechts.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke van de onderstaande stromingen en politieke richtingen hoort de ChristenUnie?
A
Liberalisme
B
Christen-democratie, rechts.
C
Christen-democratie, midden.
D
Sociaal-democratie

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
Wat?
Je leest de paragrafen 4.2

Hierbij maak je de volgende opdrachten:
4.2: 1 t/m 9, 11, 12, 14
Hoe?
Dit mag samen of alleen. De enige voorwaarde: je bent serieus aan de slag.
Hoe lang?
Ongeveer 30 minuten.
En dan?
Check goed of je de stof begrepen hebt

Werk vooruit! Lees bijvoorbeeld 4.3 en 4.4 door.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Check lesdoelen!

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies