Het Loofhuttenfeest (‘Soekot’ in het Hebreeuws) is een feest van zeven dagen waarin de joden terugdenken aan de tijd waarin het volk Israël op weg was naar het beloofde land Kanaän. Soekot is een vreugdevol feest waarbij de joden ook vieren dat de laatste oogst is binnengehaald.
God gaf in Leviticus 23 het volk Israël de opdracht om ieder jaar een week lang het Loofhuttenfeest te vieren om terug te denken aan de tijd dat Hij ze uit Egypte had bevrijd en het volk veertig jaar door de woestijn leidde naar het beloofde land Kanaän. Door opnieuw in een hut te wonen, ervaren joden hoe kwetsbaar en afhankelijk ze zijn van God. Joden vieren dat God altijd voor ze zorgt en dat de laatste oogst van het jaar is binnengehaald. Het is daarom verplicht om zeven dagen vrolijk te zijn.
Soeka is Hebreeuws voor ‘loofhut’. De loofhut moet gemaakt worden van natuurlijk materiaal, zoals takken en bladeren. Met vruchten en slingers wordt de soeka vaak versierd. Door het dak van de loofhut moet je de sterren kunnen zien.