Quiz literatuurgeschiedenis vwo 5 1800-1940

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welke 4 eigenschappen kenmerken de Romantiek?

Slide 2 - Open vraag

Welke auteurs hoorden bij de 'Romantische Club'?
A
Willem Kloos, Albert Verwey, Arnout Drost
B
Nicolaas Beets, Johannes Hasebroek, jan Kneppelhout
C
Lodewijk van Deyssel, Frederik van Eeden, Jacques Perk
D
Everard Potgieter, Jacob van Lennep, A.L.G. Toussaint

Slide 3 - Quizvraag

In welke studentenstad hadden zij hun rederijkerskamer opgericht?
A
Amsterdam
B
Groningen
C
Leiden
D
Utrecht

Slide 4 - Quizvraag

Noem twee bekende werken van Nicolaas Beets.

Slide 5 - Open vraag

Onder welk pseudoniem publiceerde Nicolaas Beets?
A
Hildebrand
B
Klikspaan
C
De schoolmeester
D
Piet Paaltjens

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de overeenkomst tussen Fabriekskinderen en Max Havelaar?

Slide 7 - Open vraag

Hoe heet het typische zwart-Romantische gewaarwording, waarbij het gruwelijke met lust gecombineerd wordt?
A
Het Decadente
B
Het Abjecte
C
Het Sublieme

Slide 8 - Quizvraag

Welke 19e-eeuwse uitvinding heeft het realisme een boost gegeven?

Slide 9 - Open vraag

Hoe heet het bekendste dichtbundel van Piet Paaltjens?
A
Lachen en snikken
B
Aan Rika
C
Snikken en Grimlachjes
D
Familie en kennissen

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent 'poëtica'?
A
Gedicht
B
Literatuuropvatting
C
Proza
D
Poëzie

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent 'evenwichtspoëtica'?
Een opvatting die:
A
zowel protestante en katholieke geluiden toelaat
B
zowel humor als serieuze zaken bevat
C
balans zoekt tussen gevoel/verbeelding en verstand.

Slide 12 - Quizvraag

Noem een kenmerk van het realisme

Slide 13 - Woordweb

Lees het volgende gedicht:
De lente komt van ver, ik hoor hem komen
en de boomen hooren, de hooge trilboomen,
en de hooge luchten, de hemelluchten,
de tintellichtluchten, de blauwenwitluchten,
trilluchten.

Slide 14 - Tekstslide

Het gedicht is:
A
impressionistisch
B
expressionistisch
C
modernistisch

Slide 15 - Quizvraag

Welke twee doelen had Multatuli met het schrijven van Max Havelaar?

Slide 16 - Open vraag

Wat kenmerkt de modernistische levenshouding?
A
Twijfel
B
Pessimisme
C
Vrijheid

Slide 17 - Quizvraag

Noem drie kenmerken van het symbolisme

Slide 18 - Open vraag

Wat is typisch dada?

Slide 19 - Woordweb