Bijbelquiz 22/1/21
1 / 34
Lesduur is: 80 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Video
Slide 2 - Tekstslide
Wat waren de namen van de 3 joodse boeken die samen TENACH heten?
A
Tora, Neviim, Chetoevim
B
Testament, Neviim, Chetoevim
C
Tora, Nieuwe Testament, Oude Testament
D
Tora, Nova, Sabbat
Slide 3 - Quizvraag
Uit welke delen bestaat de Bijbel?
A
Tora, Neviem, Chetoeviem
B
Oude verhalen en nieuwe verhalen
C
Oude Testament en Nieuwe Testament
D
Tenach en Midrasj
Slide 4 - Quizvraag
Welke uitspraak is waar?
A
De Bijbel bestaat uit verschillende boeken
B
De Bijbel wordt alleen in Europa gelezen
C
Christenen lezen alleen uit de Bijbel in de kerk
D
De Bijbel bestaat vooral uit wetten
Slide 5 - Quizvraag
Welk genre/welke stijl komt er niet in de Bijbel voor?
A
Brieven
B
Wetboeken
C
Geslachtsregisters
D
Sprookjes
Slide 6 - Quizvraag
Hoeveel mensen zaten in de ark van Noach?
A
5
B
10
C
6
D
8
Slide 7 - Quizvraag
Abraham was getrouwd met Sara en Hagar. Hij had nóg een vrouw. Hoe heette zij?
A
Mirjam
B
Ketura
C
Atalja
D
Sedekia
Slide 8 - Quizvraag
Echt waar: in 1 en 2 Koningen komt de kolokwint voor. Wie of wat is dat?
A
Een soort aap
B
Een pompoenachtige plant
C
Een afgod met de kop van een slang
D
Een mythische rivier
Slide 9 - Quizvraag
Rechter Samgar doodde zeshonderd Filistijnen. Wat gebruikte hij daarvoor?
A
Ezelskaak
B
Stierenstaart
C
Ossenprik
D
Vuurkeien
Slide 10 - Quizvraag
In twee Bijbelboeken wordt het woord ‘God’ niet genoemd. Welke zijn dat?
A
Ester en Hooglied
B
Ester en Spreuken
C
Spreuken en Hooglied
D
Job en Numeri
Slide 11 - Quizvraag
'Christus' betekent letterlijk:
A
Koning
B
Gezalfde
C
God
D
Heer
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Video
Het leven van Jezus wordt beschreven in
A
Het Oude Testament
B
Het Nieuwe Testament
C
De Tenach
D
Alle Bijbelboeken
Slide 14 - Quizvraag
Jezus wordt ook wel dé christus genoemd omdat:
A
Hij de belangrijkste mens is die in contact stond met God
B
Hij de enige mens is die in contact stond met God
C
Hij de laatste mens is die in contact stond met God
D
Hij de zoon van God is
Slide 15 - Quizvraag
Hoe ging Maria naar Bethlehem toen ze zwanger was van Jezus?
A
Ze liep zelf
B
Ze zat op een ezel
C
Ze reed ‘op een dier'
D
Dat is onbekend
Slide 16 - Quizvraag
In welk jaar is Jezus vermoedelijk geboren?
A
0
B
1
C
2 v.Chr.
D
6 v.Chr.
Slide 17 - Quizvraag
Hoeveel wijzen kwamen uit het oosten?
A
3
B
2
C
1
D
Onbekend
Slide 18 - Quizvraag
Waarom is het kruis het belangrijkste symbool voor het christendom?
A
Dit verwijst naar het leven van Jezus
B
Dit verwijst naar de aanwezigheid van God
C
Dit verwijst naar de dood van Jezus
D
Dit verwijst naar alle windstreken
Slide 19 - Quizvraag
Waarom is Pasen het belangrijkste christelijke feest?
Slide 20 - Open vraag
Slide 21 - Video
Deze sacramenten zijn verbonden met het leven van Jezus:
A
Doop en huwelijk
B
Huwelijk en biecht
C
Biecht en avondmaal
D
Doop en avondmaal
Slide 22 - Quizvraag
Waar zijn sacramenten voor bedoeld?
A
Om overgangen in het leven te vieren met God en je gemeenschap
B
Om overgangen in het leven te vieren met je familie en vrienden
C
Om ervoor te zorgen dat God weet dat je een goed mens bent
D
Om ervoor te zorgen dat je uiteindelijk in het Rijk van God komt
Slide 23 - Quizvraag
Een apostel is:
A
een heilige
B
een boodschapper van God
C
een leerling van Jezus
D
de zoon van God
Slide 24 - Quizvraag
Waarom is Jezus voor de joden niet belangrijk en voor de christenen wel?
Slide 25 - Open vraag
Waarom kunnen we Jezus niet de stichter van het christendom noemen?
Slide 26 - Open vraag
Belangrijk
Niet belangrijk
Jezus
Franciscus van Assisi
Koning Herodes
Maarten Luther
Johannes Calvijn
Keizer Constantijn
Slide 27 - Sleepvraag
Hoeveel procent van de Nederlandse bevolking is Christen?
Slide 28 - Open vraag
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Waar bestaat de heilige drie-eenheid uit?
