Ontdek de Wereld van Stromingspatronen: Van Laminair tot Turbulent

Ontdek de Wereld van Stromingspatronen: Van Laminair tot Turbulent
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Ontdek de Wereld van Stromingspatronen: Van Laminair tot Turbulent

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de stromingspatronen begrijpen en het Reynoldsgetal toepassen om laminair en turbulent stromingsgedrag te herkennen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over stromingspatronen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Stromingspatronen
Stromingspatronen verwijzen naar de manier waarop een vloeistof of gas door een medium stroomt, variërend van ordelijk en gestructureerd tot wervelend en chaotisch.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reynoldsgetal
Het Reynoldsgetal is een dimensieloze grootheid die de verhouding tussen traagheidskrachten en viskeuze krachten in een stroming aangeeft.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Laminair Stromingspatroon
Bij een laminair stromingspatroon beweegt de vloeistof of gas in geordende, parallelle lagen zonder turbulentie.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Turbulent Stromingspatroon
Turbulente stroming kenmerkt zich door wervelingen en chaotische bewegingen van de vloeistof of gas.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassingen
Kennis van stromingspatronen en het Reynoldsgetal is essentieel in diverse industrieën zoals luchtvaart, scheepvaart en technische stromingsleer.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praktische Oefening
Voer een experiment uit om het verschil tussen laminair en turbulent stromingsgedrag te observeren en metingen te doen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reflectie
Denk na over situaties waarin kennis van stromingspatronen en het Reynoldsgetal belangrijk kan zijn en bespreek dit in de groep.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.