introductieles

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Programma
* 2e deel voorstelrondje
* Wat heb je nodig?
* startopdracht ( + bespreking + uitleg)
* werken aan het huiswerk 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Welke spullen heb je nodig?
* boek: Pincode (digitaal wordt aan gewerkt..)
* lijntjeschrift
* twee verschillende kleuren pennen
* rekenmachine

Slide 4 - Tekstslide

Startopdracht
1. Petra heeft € 200 op haar spaarrekening staan. Van dat geld wil ze 23% besteden aan een avondje uit. Hoeveel euro wil Petra aan een avondje uit besteden?

2. Het Nederstein College is een school met 1200 leerlingen. Van deze leerlingen volgen 635 leerlingen vmbo TL. Hoeveel procent van de leerlingen volgt vmbo TL?

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk
Huiswerk voor a.s. woensdag:

Van de werkbladen procenten:
7 t/m 10, 11 + 12 op bladzijde 9
8 t/m 11 op bladzijde 12
Let op: antwoord en berekening!

Slide 6 - Tekstslide

Programma 09/09  (3 R)
* Uitleg 0.6
* Nakijken 0.1 t/m 0.4 (Studiewijzer in Magister)
* werken aan het huiswerk: 
Lezen opdracht 1 en 2 op blz. 17 en maken opdracht 3 + 4 van blz. 17
Maken opdracht 2,5,6,8 op blz. 19

Let op: toets over procentenbladen op woensdag 16 september!

Slide 7 - Tekstslide

0.6 
Proberen:

Een pakket boodschappen kost bij de Jumbo € 58.
Hetzelfde boodschappenpakket kost bij de Albert Heijn € 64,32.

Hoeveel procent is Albert Heijn duurder dan Jumbo?


Slide 8 - Tekstslide

0.6 
Een pakket boodschappen kost bij de Jumbo € 58.
Hetzelfde boodschappenpakket kost bij de Albert Heijn € 64,32.
Hoeveel procent is Albert Heijn duurder dan Jumbo?

Let op: er is hier geen nieuw en oud!
Dus nu moeten we bepalen welke van de twee bedragen we op 100% zetten, dit is het bedrag waarmee je gaat vergelijken.
Hoeveel procent is AH duurder dan Jumbo? (van)


Slide 9 - Tekstslide

Programma 09/09  (3 R)
* Uitleg 0.6
* Nakijken 0.1 t/m 0.4 (Studiewijzer in Magister)
* werken aan het huiswerk: 
Lezen opdracht 1 en 2 op blz. 17 en maken opdracht 3 + 4 van blz. 17
Maken opdracht 2,5,6,8 op blz. 19

Let op: toets over procentenbladen op woensdag 16 september!

Slide 10 - Tekstslide

Check in duo's 
stap 1:  antwoorden vergelijken
stap 2:  a. zelfde antwoord? Ga door naar de volgende opdracht.
                b. verschil? Ga samen na wat het goede antwoord moet                  zijn. Wat ging er niet goed? (pas op; hier wordt geleerd!)
Vul aan/verbeter met een andere kleur!
Herhaal deze stappen totdat alle huiswerkopdrachten zijn besproken.

Slide 11 - Tekstslide

0

Slide 12 - Video

Leerdoelen
In deze les leer je wat economie is:
 
  • je kunt uitleggen wat het verschil is tussen basisbehoeften en overige behoeften
  • je kunt een geldbedrag op de juiste manier noteren
  • je kent het verschil tussen consumeren en zelfvoorziening
  • je kunt een gemiddelde berekenen

Slide 13 - Tekstslide

Noem een ander voorbeeld dan genoemd in de video van primaire behoeften en secundaire behoeften.

Slide 14 - Open vraag

PRIMAIR
SECUNDAIR
Plaats de behoeften in de bijbehorende vakken.
Primaire behoeften
Secundaire behoeften
Medicijnen
Vitaminepillen
Benzine
Smartphone
Televisie
Bed
Groente en fruit
Auto
Beroepsopleiding

Slide 15 - Sleepvraag

Behoeften verschillen door:
  • budget (hoeveel heb je te besteden)
  • leeftijd
  • geslacht
  • de invloed van vrienden en klasgenoten
  • de invloed van familie
  • de invloed van reclame

Slide 16 - Tekstslide

Middelen
Om in je behoeften te voorzien heb je middelen nodig zoals tijd en geld

Deze middelen zijn beperkt, dat noem je schaarste.

Slide 17 - Tekstslide

Goederen
Tastbare producten waarmee je in je behoefte kunt voorzien.

Tastbaar =  alles wat je vast kunt pakken/aan kunt raken

Slide 18 - Tekstslide

Diensten
Activiteiten waarmee je in iemands behoeften voorziet, zoals bediening in een restaurant of het knippen van iemands haar.

Let op: geen "vriendendienst"

Slide 19 - Tekstslide

Prioriteiten
Je kunt niet in al je behoeften voorzien doordat middelen schaars zijn. Je moet keuzes maken.

Bepalen wat je het belangrijkste vindt, noem je prioriteiten stellen.

Slide 20 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 21 - Tekstslide

Primaire behoeften zijn ...
A
de noodzakelijke behoeften.
B
de luxe behoeften.

Slide 22 - Quizvraag

Het hebben van een fiets is een ...
A
primaire behoefte.
B
secundaire behoefte

Slide 23 - Quizvraag

voorbeeld secundaire behoeften

Slide 24 - Woordweb

Basisbehoeften
Overige behoeften

Slide 25 - Sleepvraag

'Prioriteiten stellen' betekent...
A
kiezen wat je het leukst vindt
B
kiezen wat je het meest belangrijk vindt
C
kiezen wat je het lekkerst vindt
D
kiezen wat je het minst leuk vindt

Slide 26 - Quizvraag

Vind je de lesstof nog lastig? Bekijk dan de extra uitleg in de volgende video's.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Slide 29 - Video

Programma
* uitleg: Marketingmix 
* opdracht: Marketingmix Lidl en Albert Heijn
* uitleg: soorten reclame
* zelfstandig werken: 
- Nakijken en verbeteren 1.2 (1.1 ?)
- maken opdracht 1 t/m 6 op blz. 32 (huiswerk)
- samenvatting/mindmap maken (mededeling tentamen)



!Procenten herkansers!


Slide 30 - Tekstslide

Marketingmix

Slide 31 - Tekstslide

De zes instrumenten (6 P's)
1. Productbeleid
2. Prijsbeleid
3. Plaatsbeleid
4. Promotiebeleid
5. Personeelsbeleid
6. Presentatiebeleid

Slide 32 - Tekstslide

Opdracht
We zoeken de verschillen in marketingmix tussen de Lidl en de Albert Heijn.
Zet de 6 p's onder elkaar en schrijf daar bij hoe de Lidl en hoe de Albert Heijn daar mee omgaan.

Wachtwerk: maken opdracht 1 t/m 6 blz. 32

timer
1:00

Slide 33 - Tekstslide

De P van Promotie
Commercieel  (€€)
                  Ideëel 

Slide 34 - Tekstslide

De P van Promotie
Commercieel  (€€)

Slide 35 - Tekstslide