rechtspraak

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen 
  • Rechtspraak
  • Rechtszaak
  • Rechters 
  • Openbaar ministerie en advocaten
  • Hoger beroep
  • Strafblad en evt. VOG

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wie is wie?

  1. Verdachte
  2. Rechter
  3. Advocaat
  4. Getuige(n)
  5. Pers
  6. Publiek
  7. Officier van Justitie
  8. Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek

Slide 4 - Tekstslide

Rechtszaken
Rechtszaak:
conflict wordt aan de rechter voorgelegd
bijvoorbeeld overtreding van de wet of burenruzie
Rechtbank:
de instantie waar de rechtszaak plaatsvindt
rechters werken voor de rechtbank

Slide 5 - Tekstslide

Rechtspraak
Het nemen van een beslissing door een rechter in een conflict.
Voorwaarden voor eerlijke rechtspraak.
Rechters:
behandelen iedereen gelijk
zijn onafhankelijk
zijn onpartijdig
zijn objectief

Slide 6 - Tekstslide

Rechtspraak
Openbaar ministerie (OM), de instantie die ervoor moet zorgen dat mensen voor de rechter verschijnen.

Officier van justitie, werkt voor het OM en beslist of iemand voor de rechter moet komen.

Slide 7 - Tekstslide

Rechtsspraak
Rechtsbronnen, een wet, verdrag of andere bron waarop de rechter zijn uitspraak baseert.
De wet
Een internationaal verdrag
Jurisprudentie: de verzameling uitspraken die rechters eerder hebben gedaan.



Slide 8 - Tekstslide

Wel of niet naar de rechter
Seponeren=niet vervolgen
Schikken of transactie=boete geven
Vervolgen=rechtszaak

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Verdachte
Wanneer is iemand “ verdachte”? Als er een redelijk vermoeden is dat iemand een strafbaar feit heeft gepleegd. 

Wanneer is er sprake van een redelijk vermoeden?
- Als je op heterdaad betrapt bent
- Als er aangifte is gedaan en jouw naam is genoemd

Slide 11 - Tekstslide

Wat is het doel van straffen?

Slide 12 - Woordweb

Doel van straffen (1)
1. Afschrikking van de dader en de samenleving: als je een dader een hoge straf geeft, hoop je dat de dader daarvan schrikt en geef je meteen ook het goede voorbeeld aan de samenleving.

2. Heropvoeding/ Resocialisatie: het opni euw aanleren van waarden en normen. 

Slide 13 - Tekstslide

Doel van straffen (2)
3. Beveiligen van de samenleving: zolang de dader vastzit kan hij niet opnieuw criminaliteit plegen.

4. Wraak: als iemand iets bij jou heeft gedaan, wil jij iets terug doen. Bv. buurman laat hond tegen mijn bloemen plassen, ik giet vergif op zijn bloemen.
Let op: in Nederland mag je niet voor eigen rechter spelen, dat is strafbaar!!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Wat is een VOG?

Slide 17 - Tekstslide

Wat is een VOG

Slide 18 - Open vraag

Verklaring omtrent gedrag
Voor een (nieuwe) baan is vaak een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) nodig. In sommige branches, bijvoorbeeld de kinderopvang, is dit zelfs wettelijk verplicht. Justis handelt de VOG-aanvragen af en is de enige instantie in Nederland die de VOG afgeeft.
Een VOG is een verklaring waaruit blijkt dat uw (justitiële) verleden geen bezwaar vormt voor het vervullen van een specifieke taak of functie in de samenleving. Bij de beoordeling van een VOG-aanvraag kijkt Justis of u strafbare feiten op uw naam heeft staan die een risico vormen voor de functie of het doel waarvoor u de VOG aanvraagt.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Opdracht Badr Hari
Kijk voor de opdracht op Teams

Slide 21 - Tekstslide