extra vragen thema 4 ordening en evolutie

Schimmels planten zich voort door?
A
Deling
B
Seks
C
Sporen
D
Zaden
1 / 40
volgende
Slide 1: Quizvraag
Middelbare school

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Schimmels planten zich voort door?
A
Deling
B
Seks
C
Sporen
D
Zaden

Slide 1 - Quizvraag

Een kenmerk van sporenplanten is?
A
Ze hebben wel bloemen
B
Ze hebben geen bloemen

Slide 2 - Quizvraag

Wat is geen rijk bij het ordenen?
A
Bacterien
B
Dieren
C
Mensen
D
Schimmels

Slide 3 - Quizvraag

Kun je met schimmels ook patat maken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 4 - Quizvraag

Wordt bier gemaakt met behulp van schimmels?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 5 - Quizvraag

Zie je op de foto schimmeldraden weergeven?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 6 - Quizvraag

Cellen van schimmels hebben celkernen?
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Zitten om wangslijmvliescellen celwanden?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quizvraag

Bij de productie van het antibioticum penicilline worden schimmels gebruikt.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Wat zijn de 4 rijken in de natuur?
A
Jagers, groente, reptielen en schimmels
B
Dieren, planten, voedsel en zuurstof
C
Dieren , Planten, schimmels en bacterien
D
Dieren, planten, schimmels en cellen

Slide 10 - Quizvraag

Is het mogelijk dat er op een boterham schimmeldraden komen?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Wat kun je van schimmels maken?
A
Bessensap
B
Papier
C
Medicijnen
D
Zeep

Slide 12 - Quizvraag

Kan een varen voortplanten door te delen?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag

Wie ruimen de resten in de natuur op?
A
Planten
B
Bacteriën
C
Schimmels
D
Bacteriën en schimmels

Slide 14 - Quizvraag

Betekend ordenen indelen in groepen?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Vormen vogels een van de vier rijken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 16 - Quizvraag

Zelfs in je lichaam vindt je bacteriën?
A
Niet waar
B
Waar
C
Alleen als je ziek bent

Slide 17 - Quizvraag

Schimmels zijn
A
eencellig
B
veelcellig
C
eencellig of veelcellig
D
dat is niet bekend

Slide 18 - Quizvraag

Zaadplanten planten zich voort door?
A
Deling
B
Sporen
C
Seks
D
Zaden

Slide 19 - Quizvraag

Wat moet er bij nummer 2 als antwoord staan?
A
Bladgroenkorrels
B
Celplasma / Cytoplasma
C
Celkern
D
Celwand

Slide 20 - Quizvraag

Wat moet er bij 3 voor antwoord staan?
A
Bladgroenkorrels
B
Cel-plasma / Cytoplasma
C
Celkern
D
Water

Slide 21 - Quizvraag

Kunnen schimmels je ziek maken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 22 - Quizvraag

Is het mogelijk om voedsel te maken met schimmels?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 23 - Quizvraag

Is het mogelijk om met bacteriën voedsel te maken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 24 - Quizvraag

Een roos bevat plantencellen?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 25 - Quizvraag

Een champignon is een schimmel?
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 26 - Quizvraag

Gunstige omstandigheden voor bacteriën om voort te planten zijn?
A
Water en de juiste temperatuur
B
Water en voedsel
C
Water en licht

Slide 27 - Quizvraag

Een ander woord voor ordenen is?
A
Opruimen
B
Sorteren
C
Weggooien

Slide 28 - Quizvraag

Varens hebben sporendoosjes om voort te planten?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 29 - Quizvraag

Varens hebben sporenhoopjes om voort te planten?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 30 - Quizvraag

Op de afbeelding zie je een wervelkolom?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Om het dierenrijk te ordenen gebruiken we het kenmerk:
A
Cellen
B
Huid
C
Skelet
D
Wervelkolom

Slide 32 - Quizvraag

Wat voor skelet heeft het dier op de afbeelding
A
Geen skelet
B
Inwendig skelet
C
Uitwendig skelet
D
Beide

Slide 33 - Quizvraag

Wat voor organisme zie je hiernaast
A
Vis
B
Stekelhuidige
C
Weekdier
D
Neteldier

Slide 34 - Quizvraag

Kenmerk van neteldieren is:
A
Ze hebben een uitwendig skelet
B
Ze hebben een inwendig skelet
C
Ze hebben geen skelet
D
Ze hebben een inwendig als uitwendig skelet

Slide 35 - Quizvraag

Wat is 'determineren'
A
Een onderzoek bedenken
B
De conclusie opschrijven
C
Het opzoeken van de naam van een organisme
D
Het plukken van planten

Slide 36 - Quizvraag

Bij welke afdeling hebben de planten wortels, stengels, bladeren, maar geen bloemen.
A
wieren (algen)
B
sporenplanten
C
zaadplanten

Slide 37 - Quizvraag

Op de afbeelding zie je een zeekat. Restanten van dode, vergane zeekatten kun je als 'zeeschuim' aantreffen op het strand. Een zeekat behoort tot de weekdieren.
Op grond van welke kenmerken behoort een zeekat tot de weekdieren?
A
Het dier heeft een inwendige schelp als skelet en het lichaam bestaat uit segmenten.
B
Het lichaam van het dier bestaat uit segmenten en de huid is bedekt met stekels en knobbels.
C
De huid is bedekt met stekels of knobbels en het dier is tweezijdig symmetrisch
D
Het dier is tweezijdig symmetrisch en heeft een inwendige schelp als skelet.

Slide 38 - Quizvraag

Kun je met schimmels zuurkool maken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 39 - Quizvraag

Heeft een tuinslak een huisje als een skelet?
A
Ja
B
Nee

Slide 40 - Quizvraag