1TL periode 1 les 13

Herzlich Willkommen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herzlich Willkommen

Slide 1 - Tekstslide

Startopdracht
Maak de opdrachten op het blad (het liefst zonder boek).
 

timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Check startopdracht
wir sind - wij zijn
Sie sind - zij zijn
Ich bin - ik ben
Du bist - jij bent
Ihr seid - jullie zijn
Er ist - hij is


Slide 3 - Tekstslide

Check startopdracht
a. du bist 
b. er ist
c. ihr seid
d. sie sind
e. wir sind
f. sie ist

Slide 4 - Tekstslide

Check startopdracht
a. Ich bin sehr stark.
b. Meine Mutter ist superlustig.
c. Meine Schwestern sind total frech.
d. Mein Bruder ist sehr geduldig.
e. Meine Eltern sind nicht streng.
f. Wie bist du?
g. Wie sind deine Haare?
h. Ihr seid gar nicht lieb!

Slide 5 - Tekstslide

Programm
Startopdracht
Kontrolle Aufgaben 5 t/m 8
Aufgaben Hören
Uitleg gebruik 'du' en 'Sie'
Aufgaben machen
Abschluss


Slide 6 - Tekstslide

Lernziele
  • Ik kan een eenvoudig radio-interview over familie begrijpen.
  • Ik weet wanneer ik iemand aanspreek met 'du' en met 'Sie'.

Slide 7 - Tekstslide

Kontrolle Aufgaben 5 t/m8
Controleer je werk met een andere kleur pen!

Slide 8 - Tekstslide

Kontrolle Hausaufgaben
Oplossing: drei Kinder

Slide 9 - Tekstslide

Aufgabe 6
1 die Oma                  die Omas
2 der Vater                die Väter
3 die Freundin         die Freundinnen
4 die Schwester      die Schwestern
5 der Junge              die Jungen
6 der Cousin             die Cousins
7 der Freund            die Freunde
 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Sprechen
Oefen, met je buurman, de zinnetjes van Aufgabe 5.

Je voert het gesprek 2 keer: een keer met Rolle A en een keer met Rolle B.

timer
2:00

Slide 13 - Tekstslide

Hören (Seite 40)
Aufgabe 10

Slide 14 - Tekstslide

Hören (Seite 41)
Aufgabe 11

Slide 15 - Tekstslide

Oskar (Aufgabe 12)
Wat betekent 'du'?

Wat betekent 'Sie'?

Slide 16 - Tekstslide

du oder Sie?
Duitsers zijn afstandelijker dan Nederlanders. In Duitsland spreek je mensen niet snel aan met 'du'. Leerlingen zeggen altijd 'Sie' tegen hun docenten. Op veel scholen spreken docenten leerlingen van 16 jaar en ouder ook aan met 'Sie'. 

Slide 17 - Tekstslide

du oder Sie?
Tegen wie zeg je 'du':
  • alle familieleden (incl. opa, oma, etc.)
  • goede vrienden en kennissen
  • jongeren tot 16 jaar
  • God

Tegen alle andere personen zeg je 'Sie'.

Slide 18 - Tekstslide

du oder Sie?
Tegen wie zeg je 'du':
  • alle familieleden (incl. opa, oma, etc.)
  • goede vrienden en kennissen
  • jongeren tot 16 jaar
  • God

Tegen alle andere personen zeg je 'Sie'.

- opa
- de kassamedewerker in de supermarkt
- je klasgenoot
- je oom
- de kapper
- de tandarts


Slide 19 - Tekstslide

An die Arbeit!
Wat: Aufgabe 12 (blz. 41) + blad leesopdrachten
Wie: alleen
Hoe: in stilte. Heb je een vraag? Steek je vinger op!
Hulp: Heb je een vraag? Steek je vinger op!
Klaar? Leer het linkerrijtje (broer t/m ouders) van de Lernliste N-D op blz. 64

Slide 20 - Tekstslide

Hausaufgaben
Leren:
Lernliste N-D, linkerrijtje broer t/m ouders, blz. 64
Lernliste D-N, blokje A en C, blz. 64/65

Maken: 
Aufgabe 12 (blz. 41) en blad leesopdrachten

Slide 21 - Tekstslide

Abschluss
Ik kan een eenvoudig radio-interview over familie begrijpen.

Ik weet wanneer ik iemand aanspreek met 'du' en met 'Sie'.

 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide