Rekenen omtrek oppervlakte

Omtrek, oppervlakte en inhoud
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenBasisschoolGroep 7,8

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Omtrek, oppervlakte en inhoud

Slide 1 - Tekstslide

meten is weten
een oud Nederlands gezegde

de betekenis is vooral:
je weet het pas zeker als je het hebt gemeten en hebt berekend, vertouw niet alle andere zaken 
zoals het "gezichtsbedrog" in het filmpje al laat zien

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Stel: Je plaatst een hek om de tuin. Hebben we hier te maken met de omtrek of oppervlakte?
A
Omtrek
B
Oppervlakte

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de omtrek?
  • Je kan ergens omheen meten! Oftewel, OMHEEN lopen
  • Voorbeelden in je huis 

Slide 5 - Tekstslide

Formule OMTREK:
lengte+breedte+lengte+breedte= omtrek

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de
omtrek
van deze kamer?
A
8 m
B
10 m
C
15 m
D
16 m

Slide 8 - Quizvraag

Wat
is de
omtrek?
A
35 m
B
70 m
C
300 m
D
700 m

Slide 9 - Quizvraag

Omtrek betekent
A
De omtrek bepaalt bijvoorbeeld hoeveel mest je nodig hebt
B
De omtrek van een tuin bepaalt hoe lang het hek is dat je eromheen kunt zetten

Slide 10 - Quizvraag

Oppervlakte

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de oppervlakte?
  • Je geeft aan hoe groot iets is
  • Lengte x Breedte
  •  Voorbeelden in huis/klas

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de oppervlakte?
  • Lengte x Breedte

Slide 13 - Tekstslide

De oppervlakte druk ik uit in?
A
m2
B
m
C
m3

Slide 14 - Quizvraag

Oppervlakte betekent
A
De oppervlakte bepaalt bijvoorbeeld hoeveel mest je nodig hebt
B
De oppervlakte van een tuin bepaalt hoe lang het hek is dat je eromheen kunt zetten

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de
oppervlakte
van deze kamer?
A
10 m²
B
16 m²
C
20 m²
D
15 m²

Slide 16 - Quizvraag

Wat
is de
oppervlakte?
A
35
B
300
C
60
D
70

Slide 17 - Quizvraag

Zijn er nog vragen?

Slide 18 - Tekstslide