In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Verzorging MAZO
herhaling-quiz
2.5 Zelfredzaamheid
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Waar denken jullie aan bij zelfredzaamheid?
Slide 2 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Noem voorbeelden van persoonlijke verzorging/ lichaamsgebonden zorg?
Slide 3 - Open vraag
eten;
drinken;
in en uit bed komen;
in en uit een (rol)stoel komen;
jezelf voortbewegen, lopen;
naar het toilet gaan;
jezelf wassen;
jezelf aan- en uitkleden;
haren kammen en scheren;
tanden of gebit poetsen.
Wat betekent ADL?
Slide 4 - Open vraag
Algemene dagelijkse levensverrichtingen. Handelingen die mensen dagelijks verrichten die horen bij hun verzorging, zoals eten, wassen en naar het toilet gaan. Het begrip wordt gebruikt om de zelfredzaamheid van de cliënt aan te geven.
Bij de hulpverlening is het startpunt:
A
Wat kan de cliënt wel
B
Wat kan de cliënt niet
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar staat WMO voor?
Slide 6 - Open vraag
Wet maatschappelijke ondersteuning
gemeenten, keukentafelgesprek
Je kunt jezelf redden in dagelijkse situaties en voor jezelf zorgen.
Je kunt zelf verantwoordelijkeheid nemen
Zelfredzaam
Zelfstandig
Slide 7 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
zelfredzaamheid ontstaat vanzelf
A
juist
B
onjuist
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Noem een voorbeeld van maatschappelijke zelfredzaamheid
Slide 9 - Open vraag
hoe zit de samenleving in elkaar?
gebruik maken van instellingen en instanties.
deelnemen aan het verkeer, omgaan met geld, gebruikmaken van het openbaar vervoer, een kerk bezoeken, de brandweer inschakelen en zinvol de vrije tijd besteden.
Waar kan een cliënt tegenaan lopen als hij minder sociaal zelfredzaam is?
bijv misbruik met rekeningnummer, geld afstaan, mensen gaan over je grenzen.
Training sociale vaardigheden
Wat zijn belangrijke punten voor jou als medewerker mbt zelfredzaamheid?
Slide 11 - Woordweb
- de ruimte geven aan de cliënt om dingen zelf te doen
- het aanleren van vaardigheden
- ruimte geven voor fouten
- weten wat de mogelijkheden van een cliënt zijn, over/onder vragen
- privacy client
Leeftijd, vrienden, omgeving en cultuur heeft invloed op het gedrag van iemand
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Als begeleider heb ik niks te zeggen over slechte eet, drink of rook gewoonten?
A
juist
B
onjuist
Slide 13 - Quizvraag
leefstijl
Waarom is autonomie belangrijk?
Slide 14 - Woordweb
autonomie verwijst naar vrijheid, het recht van mensen om zelf te beschikken over hun eigen leven. Niet de ouders of opvoeders beslissen over je leven, maar jij zelf doet dat. Je kunt op jezelf wonen, voor jezelf zorgen. Je neemt als het ware de regie over je eigen leven.