H4.4 - De opkomst van het Christendom

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

4.4 Het Christendom in het Romeinse Rijk

4.4 Opkomst christendom in Romeinse Rijk

Leerdoelen

1. Je weet hoe joden in het hele Romeinse rijk terechtkwamen

2. Je weet hoe het christendom ontstond

3. Je weet hoe het christendom werd verspreid en bestreden

4. Je weet hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd.

Kortom: het christendom in het Romeinse rijk, van verboden tot enig toegestane godsdienst

1. Joden in het Romeinse rijk

63 v.C.: Romeinen veroveren Judea (Israël/Palestina) en Joden accepteerde dit, zolang hun wetten en geloof werd gerespecteerd

6 n.C.: Romeinen maken van Judea aan Romeinse provincie, laten Joden hoge belastingen betalen en beledigen ze door bijvoorbeeld een standbeeld van de keizer in hun tempel te plaatsen

66 n.C.: grote opstand tegen de Romeinen

135 n.C.: weer een bloederige opstand. Jeruzalem wordt Romeinse en Joden zijn niet meer welkom -> verspreiding Joden  en synagogen door het Romeinse Rijk

2. Begin van het Christendom

Jezus, een Joodse prediker, zei dat mensen meer voor elkaar moesten zorgen. De Romeinen zagen hem als een opstandeling en kruisigde hem.

Christendom: Jezus is gestorven van het verlossen van de zonden van mensen

Christus (Grieks voor Messias) werd gezien als de zoon van God en de mensen verlossen.

Maak vragen 1 tot en met 4 van 4.4 in het online werkboek

Planning van vandaag

1. Vragen over het huiswerk?

2. Herhalen stof vorige les (Joden in het Romeinse Rijk en begin christendom)

3. Uitleg over 3e en 4e leerdoel 4.4

-  Je weet hoe het christendom werd verspreid en bestreden

-  Je weet hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd

4. Vragen in het online werkboek maken

5. Afsluiting van de les

3. Verspreiding en bestrijding

Verspreiding

Christelijke predikers reisden door het Romeinse Rijk om mensen te bekeren en dit werd een succes -> groei aantal christenen

Bestrijding

MAAR: ze vereerden niet de keizer en de staatsgoden

Christenen kregen de schuld van oorlogen ziektes en het christendom werd verboden.

Christenen werden gemarteld en gedood

4. Christendom wordt staatsgodsdienst

313 n.C.: Keizer Constantijn geeft de christenen godsdienstvrijheid en wordt zelf ook christen

380 n.C. wordt het Christendom zelfs de staatsgodsdienst en heeft als gevolg dat de Romeinse religieuze verdraagzaamheid stopt

De christenen gebruikten basilieken en tempels als kerk, maar bouwden ook nieuwe kerken

Het Romeinse rijk werd verdeeld in kerkprovincies met bisschoppen en de bisschop van Rome (paus)  wordt de leider van de kerk

Bekering van keizer Constantijn

Vaticaanstad in Rome

Paus Franciscus

Waarom leren we over het christendom?

Maak vragen 5 tot en met 7 van 4.4 in het online werkboek

Maak een korte samenvatting voor het 1e leerdoel:
Je weet hoe joden in het hele Romeinse rijk terechtkwamen

Maak een korte samenvatting voor het 2e leerdoel:
Je weet hoe het christendom ontstond

Maak een korte samenvatting voor het 3e leerdoel:
Je weet hoe het christendom werd verspreid en bestreden

Maak een korte samenvatting voor het 4e leerdoel:
Je weet hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd