H2 Afronding Grieken en Romeinen

Afronden hoofdstuk 2
Grieken en Romeinen 
- tips voor de toets
- herhaling belangrijke punten
- quizvragen
- chronologie-oefening

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
geschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Afronden hoofdstuk 2
Grieken en Romeinen 
- tips voor de toets
- herhaling belangrijke punten
- quizvragen
- chronologie-oefening

Slide 1 - Tekstslide

Tips voor de toets
Noteer belangrijke punten voor de toets

  • oorzaak en gevolg
  • chronologie
  • begrippen
  • kennis/toepassing

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling belangrijke punten:


  • oorzaak en gevolg
  • chronologie
  • begrippen
  • kennis/toepassing

Slide 3 - Tekstslide

Quizvragen H2

Slide 4 - Tekstslide

Waar of niet waar?
Een feit kun je controleren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Wie mochten er in het oude Athene stemmen?
A
Alle mannen
B
Alle mannen en vrouwen boven de 21 jaar
C
Alle mannen die geen slaaf of vreemdeling waren
D
Alle mannen en vrouwen boven de 18 jaar

Slide 6 - Quizvraag

Waar lagen de Griekse kolonies?
A
In Griekenland zelf
B
Alleen in Europa
C
In Afrika
D
Rond de Middellandse zee

Slide 7 - Quizvraag

Een leider van de Romeinse Republiek noemen we ook wel
A
Consul
B
Keizer
C
Koning
D
Senator

Slide 8 - Quizvraag

Julius Caesar werd niet de eerste keizer van Rome. Hoe kwam dat?
A
Hij werd ziek
B
Hij werd vermoord
C
Hij wilde dat niet
D
Hij werd verbannen

Slide 9 - Quizvraag

Hoe heette de eerste keizer van Rome wel?
A
Romulus
B
Nero
C
Constantijn
D
Augustus

Slide 10 - Quizvraag

In Nederland bestond de limes (romeinse grens) uit een rivier. Welke rivier was dat?
A
Maas
B
Waal
C
Rijn
D
Schelde

Slide 11 - Quizvraag

De Germanen namen gewoontes over van de Romeinen en andersom
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

De Romeinen noemen hun oppergod geen Zeus maar?
A
Mars
B
Jupiter
C
Neptunus
D
Plato

Slide 13 - Quizvraag

In Rome woonden de rijken in villa's en de armen in een flatgebouw (insula)
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Een mening is echt gebeurd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Hoe worden volgelingen van Jezus genoemd?
A
Joden
B
Moslims
C
Christenen
D
Leerlingen

Slide 16 - Quizvraag

Waarom werden christenen vaak vervolgd?
A
Ze kwamen vaak in opstand
B
Ze vereerden de Romeinse goden niet
C
Ze hadden slechte rituelen
D
Ze pleegden aanslagen

Slide 17 - Quizvraag

Hoe heet de bisschop van Rome ook wel?
A
Aartsbisschop
B
Priester
C
Kardinaal
D
Paus

Slide 18 - Quizvraag

West-Romeinse Rijk 
Oost-Romeinse Rijk 
Taal: Grieks 
Taal:
Latijn 
Rome 
Constantinopel 
Tot 1453 
Tot 476

Slide 19 - Sleepvraag

De laatste koning wordt verjaagd
Rome wordt een Republiek
Caesar wordt dictator voor het leven
Caesar wordt vermoord door senatoren
Burgeroorlogen
Keizer Augustus wordt de eerste Romeinse keizer

Slide 20 - Sleepvraag

Dingen uit Romeinse tijd
die zijn gebleven

Slide 21 - Woordweb

Chronologie opdracht
Chronologie opdracht:

1. Schrijf op elk briefje een gebeurtenis met op de achterkant het jaartal van die gebeurtenis. Laat het nog aan niemand zien. 

2. Ruil je setje briefje met iemand anders. Leg de briefjes met de kant van de gebeurtenis naar boven. Probeer de gebeurtenissen in de goede volgorde van tijd te leggen (=chronologisch) van boven naar beneden. 

3. Ben je er zeker van dat het klopt? Draai ze van boven naar beneden om en controleer de jaartallen! Oefen dit tot je alles in 1x goed kent!

4. Gelukt? Wissel de briefjes met iemand anders en probeer het opnieuw.

Slide 22 - Tekstslide