H4 Grammatica - zinsdelen en woordsoorten

H4 Grammatica
Zinsdelen en woordsoorten
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H4 Grammatica
Zinsdelen en woordsoorten

Slide 1 - Tekstslide

Kenmerken naamwoordelijk gezegde


  • Koppelwerkwoord
  • Onderwerp is of wordt iets
  • Stel de vraag: Wat + pv + ow + overige ww
  • Antwoord = naamwoordelijk deel van het ng

Slide 2 - Tekstslide

Welke koppelwerkwoorden
ken je al?

Slide 3 - Woordweb

H4 Grammatica
Naamwoordelijk gezegde
Opdracht 3

Slide 4 - Tekstslide

  • Nederlanders besteden het grootste deel van hun vrije tijd (zo’n 21 uur) aan mediagebruik.

  • Nederlanders / besteden / het grootste deel van hun vrije tijd (zo’n 21 uur) / aan mediagebruik.

  • pv = besteden
  • ow = Nederlanders
  • wg = besteden
  • ng = x

Slide 5 - Tekstslide

  • Daarbinnen zijn vooral televisiekijken en internetten populair.

  • Daarbinnen / zijn / vooral televisiekijken en internetten / populair.

  • pv = zijn
  • ow = vooral televisiekijken en internetten
  • wg = 
  • ng = zijn [populair]

Slide 6 - Tekstslide

  • Het onderhouden van sociale contacten is een goede tweede. 

  • Het onderhouden van sociale contacten / is / een goede tweede. 

  • pv = is
  • ow = Het onderhouden van sociale contacten
  • wg = x
  • ng = is [een goede tweede]

Slide 7 - Tekstslide

  • Wel neemt de tijd daarvoor al geruime tijd af. 

  • Wel / neemt / de tijd daarvoor / al geruime tijd / af. 

  • pv = neemt
  • ow = de tijd daarvoor
  • wg = neemt af
  • ng = x

Slide 8 - Tekstslide

  • Recreatie wordt daarentegen een belangrijker vorm van vrijetijdsbesteding.

  • Recreatie / wordt / daarentegen / een belangrijker vorm van vrijetijdsbesteding.

  • pv = wordt
  • ow = Recreatie
  • wg = x
  • ng = wordt [een belangrijke vorm van vrijetijdsbesteding]

Slide 9 - Tekstslide

  • Hierbij moet je denken aan uitstapjes, sport- en cultuurdeelname en hobby’s.

  • Hierbij / moet / je / denken / aan uitstapjes, sport- en cultuurdeelname en hobby’s.

  • pv = moet
  • ow = je
  • wg = moet denken
  • ng = x

Slide 10 - Tekstslide

  • Ten slotte blijken veel Nederlanders als vrijwilliger of kerklid actief te zijn.

  • Ten slotte / blijken / veel Nederlanders / als vrijwilliger of kerklid / actief / te zijn.

  • pv = blijken
  • ow = veel Nederlands
  • wg = x
  • ng = blijken [actief] te zijn

Slide 11 - Tekstslide

Woordsoorten
zww - kww - hww
Opdracht 1 en 2

Slide 12 - Tekstslide

  • De vleesetende bekerplant kan in zijn onderste bekers 30 gram vlees verteren.
  • De vleesetende bekerplant kan in zijn onderste bekers 30 gram vlees verteren.

  • kan           = hww
  • verteren   = zww 

Slide 13 - Tekstslide


Toekomstige Marsreizigers zullen veel te lijden hebben van kosmische straling.
A
zww
B
hww

Slide 14 - Quizvraag


Toekomstige Marsreizigers zullen veel te lijden hebben van kosmische straling.
A
zww
B
hww

Slide 15 - Quizvraag


Toekomstige Marsreizigers zullen veel te lijden hebben van kosmische straling.
A
zww
B
hww

Slide 16 - Quizvraag


 Hoeveel vlinders, poppen en rupsen vind je op 100 vierkante meter?
A
zww
B
hww

Slide 17 - Quizvraag


Je vingerafdrukken blijken door de jaren heen heel langzaam te veranderen.
A
zww
B
hww

Slide 18 - Quizvraag


Je vingerafdrukken blijken door de jaren heen heel langzaam te veranderen.
A
zww
B
hww

Slide 19 - Quizvraag


Veel jongeren mogen tijdens hun campingvakantie graag lekker barbecueën.
A
zww
B
hww

Slide 20 - Quizvraag


Veel jongeren mogen tijdens hun campingvakantie graag lekker barbecueën.
A
zww
B
hww

Slide 21 - Quizvraag


New Yorkers kunnen straks gratis internetten bij speciale wifi-prullenbakken.
A
zww
B
hww

Slide 22 - Quizvraag


New Yorkers kunnen straks gratis internetten bij speciale wifi-prullenbakken.
A
zww
B
hww

Slide 23 - Quizvraag


De inhoud van een trojan kan behoorlijk schadelijk blijken voor je computer.
A
kww
B
hww

Slide 24 - Quizvraag


De inhoud van een trojan kan behoorlijk schadelijk blijken voor je computer.
A
kww
B
hww

Slide 25 - Quizvraag


Volgens dit onderzoek blijven veel rijken tot op hoge leeftijd gezond.
A
kww
B
hww

Slide 26 - Quizvraag


Deze fanatieke voetbalsupporters schijnen zeer agressief te kunnen zijn.
A
kww
B
hww

Slide 27 - Quizvraag


 Deze fanatieke voetbalsupporters schijnen zeer agressief te kunnen zijn.
A
kww
B
hww

Slide 28 - Quizvraag


Deze fanatieke voetbalsupporters schijnen zeer agressief te kunnen zijn.
A
kww
B
hww

Slide 29 - Quizvraag


Dankzij de airbag zijn personenauto’s de laatste jaren veel veiliger geworden.
A
kww
B
hww

Slide 30 - Quizvraag


Dankzij de airbag zijn personenauto’s de laatste jaren veel veiliger geworden.
A
kww
B
hww

Slide 31 - Quizvraag


In altijd bevroren grond blijken prehistorische resten goed houdbaar te zijn.
A
kww
B
hww

Slide 32 - Quizvraag


In altijd bevroren grond blijken prehistorische resten goed houdbaar te zijn.
A
kww
B
hww

Slide 33 - Quizvraag


Waarom worden stieren zo woest door een wapperende rode doek?
A
kww
B
hww

Slide 34 - Quizvraag

Opdracht 4
Zinnen bedenken met de verschillende soorten werkwoorden

Slide 35 - Tekstslide

Bedenk een zin met minimaal 1 zww en 1 hww.

Slide 36 - Open vraag

Bedenk een zin met minimaal 1 kww en 1 hww.

Slide 37 - Open vraag

Aan de slag
Maak van H4 Grammatica
woordsoorten - opdracht 3
Klaar? Maak opdracht 6 en 9b om te oefenen met de werkwoorden      (h4 grammatica -woordsoorten)
of 
oefen met het naamwoordelijk gezegde 
(h4 grammatica - zinsdelen)
opdracht 3a en 7b

Slide 38 - Tekstslide