Kapitel 2 Nordrhein-Westfalen VMBO BK Stunde 6 Klasse 4

Kapitel 2, Nordrhein-Westfalen!
Klasse 4 BK
Deutsch
Na Klar! VMBO BK

WLJ/FIK
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Kapitel 2, Nordrhein-Westfalen!
Klasse 4 BK
Deutsch
Na Klar! VMBO BK

WLJ/FIK

Slide 1 - Tekstslide

Kapitel 2, Nordrhein-Westfalen!
-Examenaufgabe
-Modalverben üben
-Hausaufgaben korrigieren
-Hausaufgaben machen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
In deze les leer je wat modale werkwoorden zijn.

Je leert de vertalingen van de modale werkwoorden.

Je leert de modale werkwoorden te vervoegen en toe te passen in een zin. 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Welke soorten werkwoorden heb je in het Duits?
  • zwakke werkwoorden ofwel regelmatige werkwoorden  (bijv. wohnen)
  • sterke werkwoorden of onregelmatige werkwoorden 
  • onregelmatige werkwoorden als: haben, sein, werden
  • onregelmatige werkwoorden als de modale werkwoorden (6)

Slide 6 - Tekstslide

Modalverben in het Duits:

Slide 7 - Tekstslide

Dus dit zijn ...
  • dürfen   (= mogen)
  • können (= kunnen)
  • mögen  (= lusten, lekker vinden, houden van)
  • müssen (= moeten als noodzaak)
  • sollen  (= moeten als wens van een ander, aanrading, bevel)
  • wollen  (= willen)
  • (wissen = weten - geen modaal ww, maar net zo vervoegd)

Slide 8 - Tekstslide

Wat is er nu anders?
             zwak werkwoord:            modaal  werkwoord 'können':
ich               wohn e                          ich                kann -
du                wohn st                         du                kann st
er/sie/es   wohn                           er/sie/es    kann -
wir               wohn en                        wir                könn en
ihr                wohn t                            ihr                könn t
sie/Sie       wohn en                         sie/Sie       könn en

Slide 9 - Tekstslide

Vergelijk de stamvorm en de uitgangen
Bij een modaal werkwoord in het Duits:

  • Enkelvoud (ich, du, er/sie/es) verandert de stamklinker
  • Ich + er/sie/es krijgen geen uitgang

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wat helpt je bij het leren?
  • Bij 4 van deze werkwoorden is de klinker in het enkelvoud zoals in het Nederlandse enkelvoud:
    - dürfen (= mogen, ik mag)   ->  ich darf
    - können (= kunnen, ik kan)   > ich kann
    - müssen (= moeten, ik moet)  > ich muss
    - wollen (= willen, ik wil)  > ich will

Slide 12 - Tekstslide

Wat helpt bij het leren?
Onthoud de eerste letters van het rijtje werkwoorden
dürfen - können - mögen - müssen - sollen - wollen - wissen

En maak hiermee een voor jou makkelijk te onthouden zin,
bijvoorbeeld:
de klas moet maar snel weg wezen
En verlink deze letters in je hoofd met de Modalverben ....

Slide 13 - Tekstslide

Maak nu een paar oefeningen,
vertaal:
hij kan

A
Er könne
B
Er kann
C
Er kannt
D
Er könnt

Slide 14 - Quizvraag

Vertaal:
jij mag
A
du darfst
B
du magst
C
du darf
D
du mag

Slide 15 - Quizvraag

Warum ...... (können) du morgen nicht kommen?
A
könnst
B
kanst
C
kannst
D
kan

Slide 16 - Quizvraag

Wie lange ....... (dürfen) ihr bleiben?
A
darf
B
darft
C
dürft
D
dürftet

Slide 17 - Quizvraag

Weißt du, ob er Pizza ....... (mögen).
A
mag
B
magt
C
mög
D
mögt

Slide 18 - Quizvraag

Frau Bechinka, das ...... (können) Sie doch nicht machen.
A
kannen
B
können
C
konnen
D
könnt

Slide 19 - Quizvraag

Opdracht 3
Zet elk werkwoord op de juiste plek

Slide 20 - Tekstslide

Ich ........... zur Toilette!
Nein, ich .................. noch nicht in die Disko gehen.
Ich ................ sehr gut schwimmen
Ich ............. Eis
darf
muss
kann
mag

Slide 21 - Sleepvraag

Zoek de juiste vormen van het werkwoord mögen bij elklaar!
Er blijven twee vormen over!
ich              du            er sie es         wir                ihr            sie Sie
ich
du
er sie es
wir
ihr
sie Sie
magst
mag
mögen
mögst
möge
mögen
mögt
mag

Slide 22 - Sleepvraag

Kapitel 2, Nordrhein-Westfalen!
Ga aan het werk met opgave 5,6,7,8,9,10 van Lektion 3, Kapitel 2.

Pak je boek erbij!
Heb je geen boek?
Pak je Ipad, ga naar Teams en open het Leerwerkboek (PDF). Maak notities in Word.
Als de licentie het doet, kan je daarin terecht voor de opdrachten

Slide 23 - Tekstslide