1. Vissen: Kieuwen, onder water, koudbloedig
2. Amfibieën: Longen en huid, ei zonder schaal, koudbloedig
3. Reptielen: droge schubben als huid, ei leerachtige schaal, koudbloedig
4. Vogels: Eieren met kalkschaal, ademhaling via longen, warmbloedig
5. Zoogdieren: Levendbarend, longen, warmbloeding