Les 5. Jezelf (gewoon anders)

• Levensbeschouwing
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Reflectie 

& Identiteit

Levensbeschouwing

H2 | T4 | DMW

Wat gaan we doen vandaag?

Opening

• Terugblik
• Handelingsopdracht

Reflectievraag

Over Mijn Lijk

Verandering

Afronding

Identiteit geeft antwoord op de vraag ...

1. Wie ben ik?
2. Wat doe ik?
3. Waarom doe ik wat ik doe?
4. Alle antwoorden (A, B & C)

Identiteit wordt alleen bepaalt door

1. mijzelf.
2. mijn ouders.
3. mijn omgeving.
4. A, B, C én nog veel meer.

Handelingsopdracht (1)

Waar bestaat het handelingsdeel uit?

1. Twee SMART-doelen
2. Vier reflectievragen
3. Reflectie op eigen SMART-doelen

Handelingsopdracht (2)

Welke stappen moet je volgen?

1. Formuleer twee SMART-doelen in de les
2. Maak de reflectievragen, die tijdens de les worden uitgedeeld, in je schrift.
3. Reflecteer aan het einde van dit thema op jouw SMART-doelen.
4. Verwerk stap 1-3 in een Word-bestand en lever deze in.

Reflectievraag 1

Wat ga je doen?

• Lees Reflectievraag 1 van de hand-out Reflectievragen tijdens de les.
• Maak daarna zelfstandig en in stilte deze opdracht. Je hebt hiervoor 4 minuten de tijd.
• Ben je klaar? Lees dan de tekst 'Ongewone mensen (pag. 21)' en maakt opdracht 40-42.

Over Mijn Lijk

Wat ga je doen?

Bekijk twee fragmenten uit deze aflevering van Over Mijn Lijk: Seizoen 4; aflevering 6:

1. 2:03-7:32
2. 14:23-18:45

Maak daarna in tweetallen de opdrachten die hiernaast staan.

1. Jip weet dat hij snel dood zal gaan. Wat voor houding laat Jip zien? Leg je antwoord uit.
2. Wat wil Jip aan de mensen meegeven? Wees zo volledig mogelijk in je antwoord.
3. Wat maakt dit moment tot een (mogelijk) reflectiemoment voor Jip? Leg een verband tussen wat je weet van reflectie en wat Jip zegt, en hoe hij dit zegt.
4. Wat kan jij van Jip leren? Motiveer je antwoord.

Aanpassen

Wat ga je doen?

• Bekijk het filmpje Omgaan met verandering. Maak daarna in tweetallen de opdrachten die je hiernaast ziet staan. Noteer de antwoorden in je schrift.
• Ben je klaar? Lees dan 'Mensen met een handicap (pag. 29)' en maak opdracht 82-86.

1. Welke doelen had Jaap in zijn leven voordat hij verlamd raakte?
2. Hoe gaat Jaap om met het feit dat deze doelen niet meer haalbaar voor hem zijn?
3. De doelen die we voor onszelf stellen kunnen niet altijd gehaald worden. Daar kunnen allemaal verschillende redenen voor zijn. Wat kan je Jaap leren als je jouw doelen moet bijstellen?

Reflectievraag 2

Wat ga je doen?

• Lees Reflectievraag 2 van de hand-out Reflectievragen tijdens de les.
  
• Maak daarna zelfstandig en in stilte deze opdracht. Je hebt hiervoor 4 minuten de tijd.
  
• Ben je klaar? Lees dan de tekst 'Opvallen door je geloof (pag. 31)' en maakt opdracht 92-96.

Afronding