WISK-Y H1.5

WISK-Y H1.5
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

WISK-Y H1.5

Slide 1 - Tekstslide

Deze les leer je
plus 
min 
keer 
delen door 
som 
duizendtal
honderdtal
tiental
eenheid 
vooraan
midden
achteraan 
grootst
kleinst
getal
cijfer
       >
       <
       =
rangtelwoorden

Slide 2 - Tekstslide

rangtelwoorden 

Slide 3 - Tekstslide


Woensdag is de ..... dag van de week. 

Slide 4 - Open vraag


Augustus is de .......... dag van het jaar. 

Slide 5 - Open vraag

Een getal is alles met meer cijfers 
bijvoorbeeld 
Het getal 6,8  bestaat uit de cijfers 6 en 8 

Een cijfer = 0 - 1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 

Slide 6 - Tekstslide


Is 4 een cijfer of een getal?
A
cijfer
B
getal

Slide 7 - Quizvraag


Is 59 een cijfer of een getal?
A
cijfer
B
getal

Slide 8 - Quizvraag


Schrijf 42 in letters. 

Slide 9 - Open vraag


Schrijf de som in letters. 
18 + 14 = 32 

Slide 10 - Open vraag


Schrijf de som in letters. 
21 : 3 = 7 

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

2+2 = 1+3 

11     >   5 

6      <   11
4     = 1+3 

5+6 > 3+2 

3+3 < 4+9 

Slide 13 - Tekstslide


Wat moet bij ? staan? 

5,4     ?    5,3
A
>
B
<
C
=

Slide 14 - Quizvraag


Wat moet bij ? staan? 

0,2     ?     0,20
A
>
B
<
C
=

Slide 15 - Quizvraag


Wat moet bij ? staan? 

14+8     ?     24+5
A
>
B
<
C
=

Slide 16 - Quizvraag


Wat moet bij ? staan? 

     ?     
41
21
A
>
B
<
C
=

Slide 17 - Quizvraag


Wat moet bij ? staan? 

     ?     
42
21
A
>
B
<
C
=

Slide 18 - Quizvraag

vooraan
achteraan
midden

Slide 19 - Tekstslide


Waar staat deze man? 

Slide 20 - Open vraag

De hond staat in het midden. . 
De man staat achteraan
De vrouw staat vooraan

Slide 21 - Sleepvraag

Slide 22 - Tekstslide


Wat is de waarde van 4 is 
8453?
A
duizendtal
B
honderdtal
C
tiental
D
eenheid

Slide 23 - Quizvraag


Maak een getal met het cijfer 6 als tiental

Slide 24 - Open vraag


Welk getal heeft geen tiental
A
7402
B
320
C
1268
D
eenheid

Slide 25 - Quizvraag

Deze les leer je
plus 
min 
keer 
delen door 
som 
duizendtal
honderdtal
tiental
eenheid 
vooraan
midden
achteraan 
grootst
kleinst
getal
cijfer
       >
       <
       =
rangtelwoorden

Slide 26 - Tekstslide


Wat wil je nog oefenen voor de toets? 

Slide 27 - Open vraag