L3: Bronnen zoeken

Terugblik vorige les
Lesopzet
Stap 1: Betrouwbare bronnen vinden (10min)

Stap 2: Verwijzen naar bronnen in de tekst (10min)

Stap 3: Opstellen van een bronnenlijst (15min)

Stap 4: Zelf bronnen zoeken (10min)

Afsluiting (5min)

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
KDOMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Terugblik vorige les
Lesopzet
Stap 1: Betrouwbare bronnen vinden (10min)

Stap 2: Verwijzen naar bronnen in de tekst (10min)

Stap 3: Opstellen van een bronnenlijst (15min)

Stap 4: Zelf bronnen zoeken (10min)

Afsluiting (5min)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vooruitblik
Lesopzet
Stap 1: Betrouwbare bronnen vinden (10min)

Stap 2: Verwijzen naar bronnen in de tekst (10min)

Stap 3: Opstellen van een bronnenlijst (15min)

Stap 4: Zelf bronnen zoeken (10min)

Afsluiting (5min)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waar haal jij
dagelijks informatie vandaan?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
Aan het eind van deze les ben je in staat om:

  • Aan goede afweging te maken of een bron betrouwbaar en bruikbaar is voor een onderzoek
  • Hoe zoek je naar bronnen?
  • Op correcte wijze naar een bron te verwijzen in de tekst
  • Op correcte wijze een bronnenlijst (literatuurlijst) opstellen

Lesopzet
Stap 1: Betrouwbare bronnen vinden (10min)

Stap 2: Verwijzen naar bronnen in de tekst (10min)

Stap 3: Opstellen van een bronnenlijst (15min)

Stap 4: Zelf bronnen zoeken (10min)

Afsluiting (5min)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe maak je gebruik van bronnen
Stap 1: Weet wat je zoekt? - Dat begint bij een goede onderzoeksvraag die helder en gericht is.

Stap 2: Wat of wie is een bron van informatie? - Weet je de juiste informatiebronnen te vinden?

Stap 3:  Via welke kanalen zoek je de informatie

Stap 4: Beoordelen op juistheid - Wanneer is een bron betrouwbaar?

Stap 5: Hoe  neem ik de informatie over en verwijs ik naar de juiste informatie (zonder plagiaat te plegen)

Stap 6: Hoe leg ik een gebruikte bron vast.



Lesopzet
Stap 1: Betrouwbare bronnen vinden (10min)

Stap 2: Verwijzen naar bronnen in de tekst (10min)

Stap 3: Opstellen van een bronnenlijst (15min)

Stap 4: Zelf bronnen zoeken (10min)

Afsluiting (5min)

Slide 9 - Tekstslide

Bij gebruik Google
Realiseer je dat een deel van de pagina’s commercieel zijn
Gebruik scholar.google.com om wetenschappelijke artikelen te vinden. Er staat ook bij hoe vaak een artikel geciteerd is. Meestal = Hoe vaker geciteerd hoe beter/betrouwbaarder het artikel

Zoek geavanceerd. https://www.google.com/advanced_search Je kan dan het Zoek niet te breed maar niet te specifiek. Wanneer je iets zoekt over de werkzaamheden van de GGD omtrent eenzaamheid van ouderen op IJburg is de zoekterm “gezondheidszorg” te breed en “de werkzaamheden van de GGD op IJburg” te specifiek. Zoek dan iets over “geestelijke gezondheidszorg ouderen”.  zoeken specificeren.

Zoek niet te breed maar niet te specifiek. Wanneer je iets zoekt over de werkzaamheden van de GGD omtrent eenzaamheid van ouderen op IJburg is de zoekterm “gezondheidszorg” te breed en “de werkzaamheden van de GGD op IJburg” te specifiek. Zoek dan iets over “geestelijke gezondheidszorg ouderen”.
Stap 1: Onderzoeksvraag
Eerst heb je een heldere onderzoeksvraag nodig
  • Smart geformuleerd
  • Begrippen gebruikt

In een duidelijke vraag staan zeer waarschijnlijk begrippen die je:
  • Niet kent
  • Gedeeltelijk kent

Dit zijn de eerste stappen op zoek naar juiste informatie die komt uit betrouwbare bronnen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 2: Wat of wie is een bron?

  1. Een stuk tekst?
  2.  Een persoon?
  3. Een waarneming?
  4. Jouw gedachten en kennis over een onderwerp?


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn bronnen en waarom denk je dat?

1. Een stuk tekst
2. Een persoon
3. Een waarneming
4. Jouw gedachten en kennis over een onderwerp

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stap 2: Wat of wie is een bron?
Er is dus een verschil tussen informatie en kennis

Maar hoe kom je aan de juiste kennis en hoe weet je dan of een bron betrouwbaar is?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3: Waar vind je bronnen?
Op zoek gaan naar informatie of uitleg kan tegenwoordig heel gemakkelijk. Zeer waarschijnlijk heb je vandaag al meerdere keren naar informatie gezocht of tot je genomen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manier heb je vandaag informatie gezocht/bronnen gebruikt?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3: Waar vind je bronnen?
Er is heel veel kennis aanwezig op de wereld, waarom is google zo rijk en machtig. Het was de eerste die informatie over websites doorzoekbaar maakte. Daarvoor moest je websites in een soort telefoonboek zoeken of opschrijven!

Dus google ligt voor de hand als voornaamste zoekmiddel... of toch niet?
Het tijdperk voor google......informatie zoeken....

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3: Waar vind je bronnen?
Wat is er nog meer mogelijk? Je wil zo veel mogelijk primaire bronnen.
  • Experts spreken of ernaar zoeken
  • Op zoek gaan naar instanties (bedrijven, overheid of onderwijs)

En als je toch google gebruikt om te zoeken dan zijn er nog een paar tips:
Het tijdperk voor google......informatie zoeken....
Lijst met instanties en plekken
  • OBA (bibliotheek van amsterdam)
  • Stadsarchief, RIVM, KNAW
  • Universiteiten en Hogescholen (UvA/VU/HvA/HKU/Breitner Academie)
  • Wikipedia (alleen als startpunt, kijk eens naar de bronnen onderaan de pagina)
  • OBA
  • Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis
  • Stadsarchief Amsterdam
  • NIOD
  • Rijksmuseum Bibliotheek
  • Meertens instituut 
  • KNAW
  • Hogescholen en universiteiten
  • CBS.nl
  • Kamer van Koophandel
  • profielwerkstuktaalkunde.nl

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3: Waar vind je bronnen?
Bij gebruik Google
  • Realiseer je dat een deel van de pagina’s commercieel zijn en mensen betalen om bovenaan de lijst te staan met zoekresultaten (ooit voorbij de eerste pagina gekeken? Wees kritisch.
  • Gebruik scholar.google.com om wetenschappelijke artikelen te vinden. Er staat ook bij hoe vaak een artikel geciteerd is. Meestal = Hoe vaker geciteerd hoe beter/betrouwbaarder het artikel
  • Zoek geavanceerd. https://www.google.com/advanced_search 
  • Zoek specifiek genoeg


Voorbeeld
 wanneer je iets zoekt over de werkzaamheden van de GGD omtrent eenzaamheid van ouderen op IJburg is de zoekterm “gezondheidszorg” te breed en “de werkzaamheden van de GGD op IJburg” te specifiek. Zoek dan iets over “geestelijke gezondheidszorg ouderen”. zoeken specificeren.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 4: Juiste en betrouwbare bronnen?
Nu weet je hoe je bronnen zoekt. Maar hoe weet je of het juist en betrouwbaar is?

Juist: 
Zoek meer dan een bron bij een bepaald begrip of onderwerp. Verwijzen ze niet naar elkaar en staat er ongeveer hetzelfde? Dan is de kans groter dat de informatie juist is.

Betrouwbaar:
Deze is lastiger. Wat maakt een bron betrouwbaar?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zijn betrouwbare bronnen belangrijk?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stap 4: Juiste en betrouwbare bronnen?
Checklist / vragenlijst betrouwbare bronnen
  • Wie is de auteur van de tekst? -- Is het een expert of een leek? Is het van een betrouwbare instelling zoals een universiteit of onderzoeksinstituut? Zoek de auteur of organisatie op.
  • Met welk doel is de tekst geschreven -- 
  • Een betrouwbare bron is objectief geschreven.--  Een reclame is bijvoorbeeld eenzijdig.
  • Is de bron actueel? Wanneer is de tekst geschreven?. -- Een oude tekst kan verouderde informatie bevatten.
  • Worden er referenties gegeven? -- Dan is het waarschijnlijker dat de auteur de info niet verzonnen heeft en kun je zelf de bronnen controleren.
  • Komt de informatie overeen met andere bronnen? -- Je gebruikt nooit één bron. Zeker belang in actueel onderzoek want onderzoekers kunnen van mening verschillen
  • Is de bron niet bedoeld als grappig of sarcastisch?  -- De speld is een mooi voorbeeld. Stukken kloppen niet met de werkelijkheid

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld:

Stel je doet onderzoek naar de invloed van het gebruiken van wiet op de hersenen. 

Welke van de volgende bronnen zou je goed kunnen gebruiken en welke niet? Gebruik de checklist.
Open deze link
(google form aanmaken van oude opdracht)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord 1
Auteur:  Nemo is een betrouwbaar instituut.
Doel: Informeren over uitkomsten onderzoek.
Actueel: Nee, het artikel komt uit 2008. De informatie is mogelijk achterhaald.
Referenties:  Er wordt verwezen naar het onderzoek waarover wordt bericht.
Andere bronnen: Ja, de informatie is op andere plekken te vinden.
Grappig of sarcastisch: Nee.
Bruikbaar: Deels, er wordt ingegaan op effecten voor de hersenen, maar ook op hart- en vaatziekten.
Conclusie: onderzoek of informatie niet achterhaald is en gebruik evt het deel over effecten voor de hersenen (rest niet).

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord 2: 
Auteur: Jellinek is een betrouwbaar instituut als het gaat om drugsvoorlichting.
Doel: Informeren over risico’s wietgebruik.
Actueel: Het artikel komt uit 2013. De informatie is mogelijk achterhaald.
Referenties: Er wordt verwezen naar veel andere bronnen, alle informatie die gegeven wordt is onderbouwd.
Andere bronnen: Ja, de informatie is op andere plekken te vinden.
Grappig of sarcastisch: Nee.
Bruikbaar Ja, het gaat over gevolgen voor hersenen.
Conclusie: bron is goed te gebruiken, bekijk ook de referenties waar nog meer informatie te vinden is.





Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord 3
Auteur: Royal Queen Seeds is een verkoper van wietzaden.
Doel: Deze auteur heeft als doel om zoveel mogelijk wiet te verkopen, dus de gegeven informatie is mogelijk gekleurd/eenzijdig.
Actueel:  Ja, het artikel komt uit 2017.
Referenties:  Er wordt op twee plekken verwezen naar andere bronnen.
Andere bronnen:  Sommige informatie is ergens anders te vinden, andere niet.
Grappig of sarcastisch: Nee.
Bruikbaar: Er wordt ingegaan op effecten voor de hersenen.
Conclusie: bron niet een op een gebruiken, de auteur heeft een belang om wiet te verkopen, je kunt wel kijken of de referenties bruikbaar zijn.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 5: Verwijzen & citeren
Je mag niet zomaar kennis overnemen of kopiëren! Dat wordt plagiaat genoemd!

Wat mag er dan wel.....
  • Verwijzen
  • Citeren

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwijzen:
Je hebt een bron en je weet de auteurs en je gebruikt de informatie in een tekst (in eigen woorden):



Citeren:
“ Wanneer je een fragment van een tekst uit een andere bron kopieert en deze tussen aanhalingstekens plaatst, dan ben je aan het citeren. Voeg ook het paginanummer toe aan het citaat.” (Hendriks, 2020, p2)

Uit eerder onderzoek blijkt dat leerlingen van het IJburg College slimmer zijn dan voorgaande jaren (Knip & Jansen, 2020)
In 2020 beschreven Knip & Jansen dat leerlingen van…

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij 2 auteurs
Dan scheid je hun namen met een ampersand (&) teken
Bij 3 of meer auteurs
Dan scheid je hun namen met komma en de laatste twee namen met een ampersand (&) teken
In 2020 beschreven Knip, Jansen en Lohmann dat… 
Uit eerder onderzoek blijkt …. (Knip, Jansen & Lohmann)

Meer auteurs
Wanneer je een bron met 3 of meer auteurs vaker dan 1x aanhaalt, dan kan je het afkorten tot. Knip et al. : Uit het onderzoek blijkt (Knip et al., 2020) 

Uit eerder onderzoek blijkt dat leerlingen van het IJburg College slimmer zijn dan voorgaande jaren (Knip & Jansen, 2020)
In 2020 beschreven Knip & Jansen dat leerlingen van…

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 6: Gebruikte bronnen vastleggen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zet je dat in een bronnenlijst?
Doel: Op correcte wijze een bronnenlijst (ook literatuurlijst genoemd) opstellen
  • Elke bron wanneer je verwijst in jouw onderzoek moet ook volledig in je literatuurlijst staan.
  • De opmaak is afhankelijk van het brontype (bijvoorbeeld een website, wetenschappelijk artikel, boek, etc.), maar elke verwijzing begint hetzelfde
  • APA-format:
  • AchternaamAuteur1, InitialenAuteur1, & AchternaamAuteur2, InitialenAuteur2. (PublicatieJaar/Datum). Titel.
  • In de literatuurlijst:
  • Knip, K., & Jansen, T.J. (2020). Intelligentie van IJburg College leerlingen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wetenschappelijke artikelen in de bronnenlijst

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Websites

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Boeken in de bronnenlijst

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronnenlijst
Sorteren van de bronnenlijst
Plaats de literatuur in alfabetische volgorde op basis van de achternamen van de auteur van die verwijzing. Als meerdere bronnen zijn geschreven door dezelfde auteur(s), sorteer ze dan vervolgens op jaar van publicatie.
Wanneer je de APA Generator gebruikt, wordt je lijst automatisch gesorteerd. (bijv: 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf bronnen zoeken (10min)

Gebruik nu de tijd die over is om geschikte bronnen te vinden over jullie onderwerp. Je kan bijvoorbeeld de taken verdelen. 

Voorbeeld:
  • Teamlid 1 zoekt naar boeken in de bibliotheek (www.oba.nl)
  • Teamlid 2 zoekt naar wetenschappelijke artikelen op scholar.google.nl (gebruik Engelse zoektermen voor mee resultaat)
  • Teamlid 3 zoekt gewoon op google (en houdt extra rekening met betrouwbaarheid van de gevonden website)

Maak een bronnenlijst aan en zet de bronnen die jullie vinden erin.


Link naar OBA

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijzondere bronnen
Er zijn nog veel meer verwijzingen:
Link naar voorbeelden van andere verwijzingen

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vraag heb je nog over bronnen en bronverwijzing?

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Doelen check
Ben  je nu  in staat om:
  • Aan goede afweging te maken of een bron betrouwbaar en bruikbaar is voor het profielwerkstuk
  • Op correcte wijze naar een bron te verwijzen in de tekst
  • Op correcte wijze een bronnenlijst (literatuurlijst) op stellen
  • Aan te geven welke eisen er zijn aan correct bronnengebruik in het PWS en waar je deze eisen kunt vinden

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ben je nu in staat om: aan goede afweging te maken of een bron betrouwbaar en bruikbaar is voor het profielwerkstuk
A
Ja
B
Nee

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ben je in staat op correcte wijze naar een bron te verwijzen in de tekst?
A
Ja
B
Nee

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ben je in staat op correcte wijze een bronnenlijst (literatuurlijst) op stellen?
A
Ja
B
Nee

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ben je nu in staat om aan te geven welke eisen er zijn aan correct bronnengebruik in het PWS en waar je deze eisen kunt vinden
A
Ja
B
Nee

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies