Examentraining 4 TL

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Examentraining 4 TL

Slide 2 - Tekstslide

Tip voor tijdens het examen

Slide 3 - Tekstslide

Tip voor tijdens het examen
Examen Duits TL 2024: woensdag 15 mei 09:00-11:00

Zorg dat je alles bij je hebt:
woordenboek krijg je van school
pennen
markeerstiften
water

Slide 4 - Tekstslide

Tip voor tijdens het examen

Blader het examen eerst even door!
40 vragen - 45 punten:
7 open / 32 gesloten ( MC en N/W )


Slide 5 - Tekstslide

Tip voor tijdens het examen
Neem op tijd even pauze.

Het examen duurt 2 uur. Een korte pauze zorgt dat je daarna frisser kunt doorgaan.

Slide 6 - Tekstslide

Tip voor tijdens het examen
Zorg voor time-management!

Bereken hoeveel tijd je per vraag hebt en houd de tijd in de gaten.

40 vragen, dus ongeveer 3 minuten per vraag

Slide 7 - Tekstslide

Tip voor tijdens het examen
Vul bij meerkeuzevragen ALTIJD wat in.

Weet je het antwoord niet en kom je in tijdnood:
gokken dan maar!

Slide 8 - Tekstslide

Sites om mee te oefenen:
- lerenvoorhetexamen.nl
- digistudies.nl
- StudyGo (examenidioom)
- duits.de/vaklokaal
- examenblad.nl 

Slide 9 - Tekstslide

Hoe pak je het examen Duits aan?

Slide 10 - Tekstslide

Het grote geheim
Het Centraal Examen vraagt niet alleen om leesvaardigheid.

Het vraagt om begrip over wat CITO van je wil.
Weet je dat, dan haal je cijfers.

Slide 11 - Tekstslide

Het recept
-Ken de signaalwoorden
-Ken je woordjes
-Ken de vraagsoorten
-Gebruik de trucjes
-Oefenen, oefenen, oefenen,oefenen,oefenen et cetera!!!!!!

Slide 12 - Tekstslide

Waar staan de antwoorden?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Lees de antwoordopties niet!
Waarom jij de antwoordopties NIET leest ( uitz. gatenvraag):

Cito bouwt het examen zo op, dat de antwoordopties verwarring zaaien
Hoe?


Slide 15 - Tekstslide

Hoe verwarring zaaien?
1.  Door woorden uit de tekst in meerdere antwoordopties te verwerken
2. Door een antwoordoptie aan te bieden die heel logisch lijkt, maar niet genoemd wordt in de tekst.


Slide 16 - Tekstslide

valkuilen
  1. te veel uit de tekst
  2. te weinig uit de tekst
  3. bijzaak
  4. past niet bij de vraag
  5. tegenovergestelde
  6. open deur
  7. te veel erbij gehaald

Slide 17 - Tekstslide

Gouden tip
Oefenen, oefenen, oefenen...

Slide 18 - Tekstslide

Veel voorkomende woorden
Üben!

Slide 19 - Tekstslide


Wat betekent: Schlussfolgerung?
A
conclusie
B
vervolg
C
slot
D
besluit

Slide 20 - Quizvraag


Ziel?
A
slot
B
doel
C
schrijver
D
besluit

Slide 21 - Quizvraag

Während?
A
tijdens
B
omdat
C
terwijl
D
doordat

Slide 22 - Quizvraag

Zeile?
A
regel
B
doel
C
alinea
D
bedoeling

Slide 23 - Quizvraag

behaupten?
A
vragen
B
schatten
C
antwoorden
D
beweren

Slide 24 - Quizvraag

Jedenfalls
A
altijd
B
in elk geval
C
hoewel
D
immer

Slide 25 - Quizvraag

in Bezug auf...?
A
betrekkelijk
B
nodig vinden
C
met betrekking tot
D
in het vervolg

Slide 26 - Quizvraag

Behörde?
A
overheids( dienst )
B
milieu
C
advocaat
D
gezag

Slide 27 - Quizvraag

Aussage
A
bewering
B
uitspraak
C
mening
D
feit

Slide 28 - Quizvraag

zum Beispiel
A
bijvoorbeeld
B
in ieder geval
C
de massa
D
het tekort

Slide 29 - Quizvraag

schliessen aus
A
uitsluiten
B
afsluiten
C
concluderen uit
D
geconcludeerd

Slide 30 - Quizvraag

erwähnen
A
huilen
B
noemen
C
bewenen
D
onnoemelijk

Slide 31 - Quizvraag

bisher (en ook bislang)
A
tot
B
toe
C
tot en/of toe
D
tot nu toe

Slide 32 - Quizvraag

manchmal
A
soms
B
af en toe
C
vaak
D
te veel

Slide 33 - Quizvraag

schon
A
al
B
mooi
C
steeds
D
reeds

Slide 34 - Quizvraag

rasch
A
razend
B
razendsnel
C
snel
D
sneller

Slide 35 - Quizvraag