Le féminin et le pluriel de l'adjectif
1 / 23
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
groot
Slide 3 - Open vraag
gevaarlijk
Slide 4 - Open vraag
dik
Slide 5 - Open vraag
gek
Slide 6 - Open vraag
oud
Slide 7 - Open vraag
nieuw
Slide 8 - Open vraag
slecht
Slide 9 - Open vraag
andere
Slide 10 - Open vraag
jong
Slide 11 - Open vraag
leuk
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Juliette est une (klein) fille.
Slide 14 - Open vraag
Elle a les cheveux (bruin)
Slide 15 - Open vraag
Les filles sont (sportif)
Slide 16 - Open vraag
Elle porte une robe (wit)
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Tekstslide
une activité - (aventureux)
Slide 19 - Open vraag
une glace - (bon)
Slide 20 - Open vraag
une histoire - (long)
Slide 21 - Open vraag
une voiture - (vert)
Slide 22 - Open vraag
un cadeau - (beau)
