TV3A week 13

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Nederlands

26 maart

Programma

- Wat hebben we tot nu toe gedaan? 

- Maak samen een goede en een foutieve beknopte bijzin

- Woordsoorten

- Opdrachten woordsoorten

Wat hebben we gedaan?

- Redekundig ontleden

Zinsdelen benoemen, delen van zinsdelen benoemen, bijzinnen benoemen, bijvoeglijke bijzin, beknopte bijzin

- Taalkundig ontleden: EHBG les 3

Opdracht (10 minuten) 

Bedenk met degene naast je een beknopte bijzin die wel goed aansluit en een foutieve beknopte bijzin.

Wat is het verschil? Hoe kun je de foutieve verbeteren?

Woordsoorten

Alles nu gehad

Toch worden er veel punten op verloren tijdens de toets

Begrip? Geen zin om te leren? Door elkaar halen?

Opdracht (10 minuten)

Maak opdracht 1 van EHBG.

Lees eerst alle woordsoorten nog een keer door. Probeer vervolgens voor elke woordsoort een zin te maken.

Opdracht (10 minuten)

Maak opdracht 2 van EHBG.

Klaar? Maak opdracht 8 van grammatica blok 5.

Huiswerk voor donderdag

Maak opdracht 1 en 2 EHBG af.

Maak opdracht 8 van grammatica blok 5.

Nederlands

28 maart

Programma

Lesdoel: je weet aan het einde van de les wat een goede en een foutieve samentrekking is en je weet waar je extra mee wilt oefenen.

- Wat hebben we tot nu toe gedaan? 

- Samentrekking en foutieve samentrekking

- Opdrachten maken

- Waar wil je nog mee oefenen?

Wat hebben we gedaan?

Redekundig ontleden:

Zinsdelen en delen van zinsdelen benoemen

Bijzinnen benoemen

Bijvoeglijke bijzin

Beknopte bijzin

Foutieve beknopte bijzin

Nieuw: samentrekking

Taalkundig ontleden: alle woordsoorten

Kijkwijzer

1. Wat is een samentrekking?

2. Aan welke drie eisen moet een goede samentrekking voldoen?

3. Kun je een voorbeeld noemen van een foutieve samentrekking?

Samentrekking

Woorden samentrekken en dus weglaten --> samentrekking

Mag, als:

1) het hetzelfde zinsdeel is 

2) het dezelfde woordsoort en getal (ev/mv) daarvan is 

3) ze dezelfde betekenis hebben

Opdracht (15 minuten)

Lees EHBG les 4.

Maak opdracht 1 van EHBG les 4.

Maak daarna opdracht 3 van EHBG les 4.

Wat is er foutief?

Voorbeeldzin 5: Dit boek kost vijftien euro en wil ik kopen.

Voorbeeldzin 6: Marine heeft hoofdpijn en een blessure aan haar pols opgelopen.

Voorbeeldzin 7: Axel brengt Bente zaterdagmiddag na het werk naar huis en de rest van het weekend luierend op de bank door.

Opdracht (15 minuten)

Maak opdracht 7 van grammatica blok 4.

Waar wil je extra mee oefenen?

Redekundig ontleden:

Zinsdelen en delen van zinsdelen benoemen

Bijzinnen benoemen

Bijvoeglijke bijzin

Beknopte bijzin

Foutieve beknopte bijzin

Nieuw: samentrekking

Taalkundig ontleden: alle woordsoorten

Waar wil je nog mee oefenen?