Oefentoets H7

Oefentoets H7
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets H7

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Wanneer werd de Duitse eenwording officieel?
A
5 mei 1945
B
1 januari 2000
C
9 november 1989
D
3 oktober 1990

Slide 3 - Quizvraag

In welk jaar viel de Berlijnse Muur?
A
1990
B
1989
C
1985
D
1991

Slide 4 - Quizvraag

Wat was het beleid van Gorbatsjov?
A
Koude Oorlog
B
Brezhnev-doctrine
C
Stalinisme
D
Perestrojka en glasnost

Slide 5 - Quizvraag

Wie was de leider van de Sovjet Unie in 1989?
A
Leonid Brezjnev
B
Mikhail Gorbatsjov
C
Nikita Chroesjtsjov
D
Joseph Stalin

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer hield de Sovjet Unie op te bestaan?
A
4 juli 1990
B
26 december 1991
C
1 januari 1992
D
15 augustus 1989

Slide 7 - Quizvraag

Wie was Boris Jeltsin?
A
Leidde Rusland na de Sovjetunie
B
Eerste president van Rusland
C
Premier van de Sovjetunie
D
President van Oekraïne

Slide 8 - Quizvraag

Wat was een beleid van Jeltsin?
A
Privatisering van staatsbedrijven
B
Versterking van de KGB
C
Economische hervormingen
D
Herstel van de communistische partij

Slide 9 - Quizvraag

Wat was een gevolg van de val van de Sovjet Unie?
A
Toename van etnische conflicten
B
Versterking van de NAVO
C
Vermindering van militaire conflicten
D
Vrede in de Balkan

Slide 10 - Quizvraag

De EEG is een...
A
economische samenwerking
B
politieke samenwerking
C
economische en politieke samenwerking

Slide 11 - Quizvraag

In 1957 werd de EEG opgericht. De EEG was het eerste vrijwillige economische samenwerkingsverbond in Europa.

Welk verband is er tussen de oprichting van de EEG en de Koude Oorlog?

A
De Koude Oorlog is een gevolg van de oprichting van de EEG, omdat de Sovjet-Unie zich buitengesloten voelde door de economische samenwerking in West-Europa.
B
De oprichting van de EEG is een gevolg op lange termijn van de Koude Oorlog, omdat het inging tegen de oostelijke en de westelijke invloedssfeer in Europa.
C
De oprichting van de EEG en de Koude Oorlog zijn beide onbedoelde gevolgen van de Conferentie van Potsdam.
D
De Koude Oorlog is een oorzaak van de oprichting van de EEG, omdat in een economisch sterk Europa het communisme minder kans maakte.

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel lidstaten heeft de EU?
A
28
B
27
C
30
D
25

Slide 13 - Quizvraag

Wanneer werd de Europese Unie opgericht?
A
12 maart 1985
B
1 november 1993
C
1 januari 2000
D
7 februari 1992

Slide 14 - Quizvraag

Wat is een belangrijk kenmerk van de verzorgingsstaat?
A
Volledige vrijheid van markt
B
Geen belastingheffing
C
Sociale zekerheid voor inwoners
D
Minimale overheidsinterventie

Slide 15 - Quizvraag

Wie is verantwoordelijk voor de zorg in de verzorgingsstaat?
A
Enkel particuliere bedrijven
B
Burgers zelf
C
Internationale organisaties
D
De overheid en instellingen

Slide 16 - Quizvraag

Globalisering is ...
A
Het proces waarbij alle gebieden op de wereld steeds meer met elkaar verbonden worden.
B
Het geld dat alle inwoners van een land in een jaar samen verdienen.
C
Het maken van goederen met behulp van machines in een fabriek
D
Alle bedrijven die zich bezighouden met het verlenen van diensten.

Slide 17 - Quizvraag

In welk jaar vond 9/11 plaats?
A
2001
B
2002
C
1999
D
2000

Slide 18 - Quizvraag

Op 9-11 pleegde een organisatie dus een aanslag in de V.S.
Wie was de leider?
A
Yasser Arafat
B
Mohammed Ali
C
Osama Bin Laden
D
Bashir al-Assad

Slide 19 - Quizvraag

Wat is populisme?
A
Een politieke stroming die zich richt op het vergroten van de economie
B
Een politieke stroming die zich richt op de wensen en behoeften van de elite
C
Een politieke stroming die zich richt op de wensen en behoeften van het volk
D
Een politieke stroming die zich richt op het behoud van tradities

Slide 20 - Quizvraag

In welk jaar werd Pim Fortuyn vermoord?
A
2005
B
2002
C
2000
D
2010

Slide 21 - Quizvraag

Wie was Pim Fortuyn?
A
Politicus en publicist
B
Voormalig voetballer
C
Lid van de LPF
D
Fictief personage

Slide 22 - Quizvraag