1vt1 - di031224

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Qu'est-ce qu'on va faire?

• Interroger
• Grammaire
• Au travail
• Les devoirs

Doel: in het Frans eten en drinken kunnen bestellen in een restaurant

Interroger

1. de ham
2. het vlees
3. ik heb dorst
4. dol zijn op
5. naar huis gaan
6. okee
7. Houd jij van kebab?
8. Ik heb een hekel aan kebab

Grammaire: regelmatige werkwoorden op -er

Wat is een regelmatig werkwoord?

Wat is een onregelmatig werkwoord?

Zoek in de woordenlijst minstens drie werkwoorden op die eindigen op -er 

Regelmatige werkwoorden op -er

Stappenplan vervoegen: 

1. Hele werkwoord -er
2. Stam
3. Uitgang achter de stam: 

je	e
tu	es
il/elle/on	e
nous	ons
vous	ez
ils/elles	ent

Parler (praten)

Je parle

Tu parles

Il/elle/on parle

Nous parlons

Vous parlez

Ils/elles parlent

Un petit exercice .. 

1. Tu arrives
2. Nous dansons
3. Je mange
4. Elle donne
5. Ma mère téléphone
6. Vous arrivez

Au travail 

Ex. 16acde, 17abcd

Page 72

Jeu des verbes

1	je
2	tu
3	il/elle/on
4	nous
5	vous
6	ils/elles

1	adorer
2	téléphoner
3	danser
4	travailler
5	chercher
6	donner

Les devoirs

Vendredi le 6 décembre

Apprendre: blokje E blz. 92 nf/fn + ww op -er 

Faire: ex. 16 et 17