Startrekenen deel A verhoudingen H 8 .1


Startrekenen deel A verhoudingen H 8 deel 1
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les


Startrekenen deel A verhoudingen H 8 deel 1

Slide 1 - Tekstslide

Doelen:
- Ik weet wat een verhoudingstabel is
- Ik weet hoe ik een verhoudingstabel kan gebruiken om een som uit te rekenen

Slide 2 - Tekstslide

Startopdracht

Slide 3 - Tekstslide

Antwoord startopdracht
timer
2:00

Slide 4 - Open vraag

Wat is een verhouding?
Een verhouding wordt gebruikt om dingen met elkaar te vergelijken. Je komt verhoudingen tegen in recepten, het uitrekenen hoveel boodschappen je nodig hebt voor een feestje, uitrekenen welke producten het goedkoopst zijn.

Bijvoorbeeld: ik bak een taart, daarvoor heb ik 3 eieren nodig. Hoeveel heb ik dan nodig voor het bakken van 2 taarten?

Slide 5 - Tekstslide

Ik kan dit tekenen in een tabel

Slide 6 - Tekstslide

Ik schrijf eerst de onderwerpen helemaal links op.
Ik ging een taart bakken dus die schrijf ik eerst op
Er gingen 3 eieren in de taart, deze schrijf ik eronder.

Slide 7 - Tekstslide

Ik wil weten hoeveel ik nodig heb voor 2 taarten. Ik vul 2 in.
Het aantal taarten is verdubbeld (x 2) dus ik verdubbel ook het aantal eieren.

Slide 8 - Tekstslide

De verhouding tussen het aantal taarten en het aantal eieren blijft hetzelfde, daarom noemen we dit een verhoudingstabel.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Volgende les leren we:
- hoe je met verhoudingstabellen kan rekenen
- hoe je een verhouding kunt vergroten met of zonder verhoudingstabel
- hoe je een verhouding kunt verkleinen met of zonder verhoudingstabel


Slide 13 - Tekstslide