Triage DA1 BOL herhaling en oefening

Triage DA1 BOL Periode 1.2
Herhaling en oefening
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Triage DA1 BOL Periode 1.2
Herhaling en oefening

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We starten met wat theorie van de onderwerpen tot nu toe...
wat weten jullie nog? 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De letter C in de ABCDE-check staat voor het beoordelen van de circulatie. Wat is een teken van een bedreigde circulatie?
A
Massale bloeding
B
Blauwe huid
C
Beide antwoorden
D
Geen van beide antwoorden

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk symptoom past bij een verstoring in bewustzijn?

A
Verlamming
B
Snelle pols
C
Snelle ademhaling
D
Speeksel niet kunnen inslikken

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk symptoom past niet bij een verstoring in Exposure (E)
A
Paniek
B
Sufheid
C
Suicidaliteit
D
Blootstelling aan giftige dampen

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarvoor staat de letter V in de afkorting AVPU?
A
Vesiculair ademgeruis
B
Reactie op aanspreken
C
Reactie op schudden
D
Vitale functies

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hevige onbekende hoofdpijn - welke urgentie hoort hierbij?
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke urgentie hoort er bij: hoofdpijn met een ernstig zieke indruk?
A
U3
B
U5
C
U2
D
U1

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdpijn met een recent schedeltrauma (< 2 weken) is welke urgentie?
A
U3
B
U1
C
U4
D
U2

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is ook alweer een subduraal hematoom? Leg eens uit

Slide 10 - Woordweb

Bloeduitstorting n.a.v. een schedeltrauma. Kan soms pas na dagen tot weken na een schedeltrauma optreden. Kans op subduraal hematoom is groter bij gebruik van bloedverdunners. 
Waar denk je aan in de volgende situatie: Treedt op als donderslag bij heldere hemel - wordt soms als knapje gevoeld. Acuut optredende zeer hevige hoofdpijn
A
Migraine
B
Clusterhoofdpijn
C
Meningitis
D
SAB

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Koorts volwassen met een recent bezoek aan de (sub) tropen is een urgentie...?
A
U5
B
U4
C
U3
D
U2

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat hoort er niet bij urgentie U3 bij koorts volwassene?
A
Ernstig zieke indruk
B
Zieke indruk
C
Kortademig
D
Kraambed

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je wanneer koorts bij een volwassene langer duurt dan 5 dagen?
A
Je laat diegene binnen een uur op het spreekuur komen
B
Je geeft diegene zelfzorgadviezen
C
Je maakt een afspraak binnen drie uur
D
Je maakt een afspraak binnen 24 uur

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom vraag je naar een scheef gelaat, uitval van spraak en/of spierkracht?
A
Om vast te stellen of er meningeale prikkeling is
B
Om vast te stellen of er neurologische uitval is
C
Om vaste te stellen of er een recent schedeltrauma is
D
Om vast te stellen of er afwijkende parameters zijn

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vertel eens stap voor stap hoe je een teek verwijdert

Slide 16 - Open vraag

NIET eerst desinfecteren met alcohol
Puntig pincet of tekentang
Zo dicht mogelijk bij de huid vastpakken
Loodrecht er uit trekken
Als er een stukje blijft zitten is dit niet erg
Na verwijderen desinfecteren met alcohol
Plaats/datum noteren of foto maken
Plek in de gaten houden 
Omschrijf de opbouw van een goed triagegesprek (7 stappen)

Slide 17 - Open vraag

NAW gegevens
ABCDE
Reden van contact en hulpvraag (WHAM)
Ingangsklacht bepalen die de urgentie bepaalt (vragen uit je boek) 
Urgentie bepalen
Bepalen en inzetten van vervolgactie
Resultaat afstemmen met de beller
Waarvoor staat de afkorting LSD?
Waarom is dit belangrijk?
Hoe doe je dit?

Slide 18 - Woordweb

Luisteren Samenvatten Doorvragen
Je wilt een zo goed en duidelijk mogelijk beeld van de situatie krijgen. Wees nieuwsgierig. Wanneer iemand iets aan informatie geeft....vraag door, wat wil je er nog meer over weten? Neem niet gelijk genoegen met een antwoord. Laat merken dat je luistert door af en toe te hmm-en en te reageren op de patiënt. Stel geen dubbele vragen!
Samenvatten om te checken of je de informatie juist hebt begrepen en of er nog dingen missen. 
'U gaf net aan dat....kunt u hier iets meer over vertellen' 
'Wat bedoelt u precies met....' 
'U zegt dat u pijn heeft....waar zit de pijn, pijnladder, wordt het erger, heeft u er al iets aan gedaan, helpt dat dan ook?' 
'Dus als ik u goed heb begrepen...' 

Wat zijn WHAM vragen en wat is hier het doel van?

Slide 19 - Open vraag

Vragen om een zo goed en duidelijk mogelijk toestandsbeeld te krijgen
Wie, wat, waar, wanneer, waarom, beloop, wat al gedaan, medicatie, hoe, hoe lang etc. 
Tijd om casussen te oefenen
- 1 Assistent
- 1 Patiënt 
- Hele klas typt mee met in een SOEP formulier
- Wat ging er goed? 
- Wat kan er beter? Heb je iets gemist? 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk:
A klas: voor de fysieke les deze week: Bloedneus
Lees dit goed door in je boek en op thuisarts.nl

B klas: volgende week: Trauma schedel en duizelig 
Lees dit goed door in je boek en kom met gerichte vragen in de les

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies