Bondgenoot van Engeland en Frankrijk vóór en tijdens de Eerste Wereldoorlog (tot 1917).
Veel boeren en weinig fabrieken
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Russische Revolutie
1917
Slide 5 - Tekstslide
Russische Revolutie 1917
Slide 6 - Tekstslide
Oorzaken
De boeren zijn arm en er is hongersnood.
Politiek gezien bepaald de tsaar, er is geen democratie.
Grote verliezen in de Eerste Wereldoorlog
Lenin komt naar Rusland = deaanleiding
Slide 7 - Tekstslide
Hoe zag de Sovjet-Unie onder Lenin er uit?
Eén partij heeft de macht: de Communistische Partij. Dit heet ook wel: eenpartijstaat
Geheime politie rekent af met ‘vijanden’ van de Revolutie
Er is geen privé-bezit, alles is van de staat.
Vrede met Duitsland
Slide 8 - Tekstslide
Communisme
Gelijkheid: geen standen meer.
Geen bezit: alles is van de staat
Iedereen verdient hetzelfde: geen verschil arm en rijk.
Tijdens de economische crisis erg aantrekkelijk voor veel mensen! De oplossing voor de problemen?
Slide 9 - Tekstslide
Lenin sterft in 1924 zonder een duidelijke opvolger aan te kunnen stellen.
Het lichaam van Lenin is sindsdien opgebaard en te bekijken op het Rode Plein in Moskou
Vervolgens doet Stalin net alsof hij de echte opvolger van Lenin is.
Slide 10 - Tekstslide
Aan de slag
Maken de opdrachten 2+3
WB blz. 101
LB blz. 70
Klaar? Laten zien aan je docent
Slide 11 - Tekstslide
De Sovjet-Unie
onder Stalin
1924-1953
Slide 12 - Tekstslide
De Grote Leider?
Om het volk te laten zien dat hij de beste leider voor het beste volk, in het beste land was, liet Stalin zich graag afbeelden als een geweldige leider: een vader voor het volk.
Dit is een vorm van propaganda
Ook verheerlijkte hij de boeren en arbeiders; zij zijn de helden van het land.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Beeldanalyse
1. Lees het onderschrift. Door wie is de bron gemaakt? Wanneer is de bron gemaakt? Heeft de bron een bijschrift? Wat weet je over de maker?
2. Beschrijf wat je ziet in de bron. Denk hierbij aan kleding, spullen, auto’s, wapentuig, gebouwen, personen, dieren, ect. (Wat stellen deze onderdelen voor? Herken je bepaalde landen, personen?)
3. Wat gebeurt er op de bron? Kijk hierbij naar acties, bewegingen en emoties. (Wat doen de personen op de bron? Welke gebeurtenis gaat de bron over?)
4. Wat is de boodschap van de maker van de beeldbron? Hoe weet je dat? (zijn personen negatief of positief afgebeeld?)
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Vijfjarenplan
Stalin wilde de Sovjet-Unie snel groot en machtig maken.
Daarom economische verandering: vijfjarenplan (de staat bepaald wat en hoeveel er gemaakt wordt)
Stalin wil laten zien dat de Sovjet-Unie een machtiger land was dan andere Europese landen.
Slide 21 - Tekstslide
Grote Terreur
Stalin vertrouwde niemand...
De KGB (geheime politie) hield alles in de gaten.
Tegenstanders worden (meestal) vals beschuldigd en worden in een oneerlijke rechtszaak tot zware straffen veroordeeld.
Miljoenen 'tegenstanders' kwamen terecht in een goelag, een strafkamp.