M1 Lezen H3 - Zoekend lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo
• Leerjaar 1

Zoekend lezen

Wanneer doe je dat?

DOEL

- Je weet wat zoekend lezen is en dat je dit kunt inzetten om informatie in een (korte) tekst te vinden;

- Je kunt zoekend lezen om informatie in een (korte) tekst te vinden.

(ZOEKEND LEZEN)

   Wanneer ga je zoekend lezen?

Soms wil je snel iets opzoeken in een tekst. 

Bijvoorbeeld hoe lang een film duurt.

Je leest dan niet heel de tekst, maar alleen het stukje dat jij nodig hebt.

Om het stukje te vinden kun je zoekend lezen.

Dat stukje lees je precies.

Wat doe je als je zoekend leest?

1. Je bekijkt de titel en de tussenkopjes.

(Zodat je weet of je in de goede tekst kijkt en waar je moet zoeken)

2. Kijk naar anders gedrukte woorden.

(vet, cursief, gekleurd, onderstreept)

3. Let op opvallende tekens (nummeringen, streepjes, getallen, symbolen, afkortingen), tabellen, grafieken en afbeeldingen.

apps.noordhoff.nl

Maak de zin af:

Opvallende tekens zijn ...

1. getallen en vreemde tekens als €.
2. woorden die cursief, vet, en onderstreept zijn.

Wanneer gebruik je de strategie van het zoekend lezen?

1. Als je een tekst leest in je schoolboek om een samenvatting te maken.
2. Als je leest over het optreden waar jij met je zus bent geweest.
3. Als je de vertrektijd checkt voordat je met de trein naar Rotterdam gaat
4. Als je met je badtas voor de ingang van het zwembad staat en leest dat het zwembad gesloten is.

Bekijk de tekst.

Je hoeft de tekst niet helemaal te lezen.

Je bent benieuwd waar de tentoonstelling over gaat. Welk stuk van de tekst lees je?

Kies het goede tussenkopje.

1. Computerspelletjes
2. Rondleidingen
3. Workshops voor scholen
4. Openingstijden en tarieven

Je wilt weten wat de entreeprijs is.

Bij welk tussenkopje kijk je?

1. Computerspelletjes
2. Rondleidingen
3. Workshops voor scholen
4. Openingstijden en tarieven

Je ziet de tekst in een tijdschrift. Je wilt onthouden hoe laat het museum op zaterdag geopend is.

Welk stukje knip je uit om te bewaren?

1. Computerspelletjes
2. Rondleidingen
3. Workshops voor scholen
4. Openingstijden en tarieven

Bij welk tussenkopje moet je kijken als jouw klas een workshop wil volgen?

1. Computerspelletjes
2. Rondleidingen
3. Workshops voor scholen
4. Openingstijden en tarieven

Wanneer kun jij met je klas meedoen aan een workshop?

Lees de tekst en bekijk de afbeeldingen bij de tekst.

Je hebt iets aan deze tekst als je wilt weten:

1. wat de reactie is van iemand die niet blij is met het cadeau
2. wat een psycholoog is
3. hoe je kunt zien dat iemand blij is met het cadeau
4. wat voor cadeaus je beter niet kunt geven

Wat heb je aan deze tekst als je niet een cadeautje geeft, maar krijgt?

1. Je werkt in tweetallen.

2. Open het bestand dat je straks van mij in magister berichten krijgt en sla het op. (één van jullie twee).

3. Je ziet 10 vragen en twee linkjes naar websites.

4. Open de twee linkjes (van het jeugdjournaal en van Nu.nl) en zoek daar de antwoorden op de 10 vragen.

We spelen de 'Super-duper-zoekquiz'

5. Vul beide kolommen in (antwoord + hoe je gezocht hebt).

6. Sla op + lever jullie bestand met antwoorden in bij Magister opdrachten. Inleveren vóór het einde van de les. 

Prijs: Chocola en eeuwige roem voor het snelste en beste duo! 1 Punt per goed antwoord+15 punten voor snelste, 14 voor 2e, 13 voor 3e etc

Aan de slag!

Deze les: maak opdracht 1 van H3 Lezen - Zoekend lezen (15 min)

Klaar? Maak opdracht 2. Dat is huiswerk.

Over 15 minuten bespreken we (een aantal vragen van)  de opracht

Opdracht 1 (blz. 65)

LEREN

- Je weet wat zoekend lezen is en dat je dit kunt inzetten om informatie in een (korte) tekst te vinden;

- Je kunt zoekend lezen om informatie in een (korte) tekst te vinden.

(ZOEKEND LEZEN)

Wat doe je als je zoekend leest?
(Vertel in eigen woorden welke stappen je zet)

Hoe ging de samenwerkingsopdracht 'zoekend lezen?'

Supergoed! Hij is af en dat hebben we samen voor elkaar. gekregen.

Het kon beter: het is niet af, hoewel we wel samen ons best deden.

Het kon beter: het is af, maar we hebben niet beiden ons best gedaan.

Het ging niet goed: we hebben (bijna) niks aan de opdracht gedaan