VWO domein C
1 / 11
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
*RAADSEL*
Toen ik 10 was, was mijn broertje de helft van mijn leeftijd. Nu ben ik 100, hoe oud is mijn broertje?
Toen ik 10 was, was mijn broertje de helft van mijn leeftijd. Nu ben ik 100, hoe oud is mijn broertje?
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Link
De afgeleide van
y(t)=2t⋅ln(t)
A
t2
B
2+2ln(t)
C
2+ln(t)
D
2t1+ln(t)
Slide 4 - Quizvraag
De afgeleide van
f(x)=(3x2+5x+7)−1
A
−(6x+5)−2
B
−(3x2+5x+7)−2
C
−(3x2+5x+7)−2⋅(6x+5)
D
−(6x+5)−2⋅(6x+5)
Slide 5 - Quizvraag
wat is de
afgeleide
afgeleide
f(x)=x3√x
A
f′(x)=3x321
B
f′(x)=321x221
C
f′(x)=21x221
D
f′(x)=27x25
Slide 6 - Quizvraag
Welke regel(s) gebruik je bij het differentieren van:
x0,42+x0,7
A
somregel
B
productregel
C
quotientregel
D
kettingregel
Slide 7 - Quizvraag
Welke regel(s) gebruik je bij het differentieren van:
20+x+32
A
somregel
B
productregel
C
quotientregel
D
kettingregel
Slide 8 - Quizvraag
Welke regel(s) gebruik je bij het differentieren van:
e2x+1
A
somregel
B
productregel
C
quotientregel
D
kettingregel
Slide 9 - Quizvraag
Welke regel(s) gebruik je bij het differentieren van:
6x⋅√x2−3
A
somregel
B
productregel
C
quotientregel
D
kettingregel
Slide 10 - Quizvraag
Welke regel(s) gebruik je bij het differentieren van:
100⋅2log(x)
A
somregel
B
productregel
C
quotientregel
D
kettingregel
