Herhaling 1 t/m 4

• Maatschappijkunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Massamedia

Hoofdstuk 1 t/m 4 (b)

Hoofdstuk 1 t/m 3 (k)

Herhalen

Je klasgenoot vraagt aan jou van wie jullie les hebben bij Maatschappijleer.
'Van meneer Pors', antwoord je. Wat is meneer Pors in dit geval?

1. Zender
2. Boodschap
3. Middel
4. Ontvanger

Je stuurt een mail via je pc naar de school omdat je het niet eens bent met de lestijden van de school. Wat is het middel in dit geval?

1. Jijzelf
2. De lestijden
3. De pc
4. De school

Een leraar geeft zijn leerlingen de instructie via de mail dat zijn lessen uitvallen. 1 leerling antwoord terug met 'bedankt'.
Wat is de leraar in dit geval?

1. Zender
2. Boodschap
3. Middel
4. Ontvanger

Hieronder staan vier omschrijvingen van het begrip communicatie. Welke is de juiste?

1. Communicatie is altijd gesproken of geschreven.
2. Communicatie is een middel om informatie te versturen.
3. Communicatie is het doorgeven van informatie.
4. Communicatie is het reageren op de boodschap van de zender.

Blozen is een voorbeeld van

1. Meerzijdige communicatie
2. Indirecte communicatie
3. Verbale communicatie
4. Non-verbale communicatie

Met je vriendin uit een andere klas stiekem appen tijdens de les.

1. directe, verbale en meerzijdige communicatie
2. indirecte, verbale, eenzijdige communicatie
3. indirecte, verbale, meerzijdige communicatie
4. directe, non-verbale, meerzijdige communicatie

Van welke soort communicatie is er sprake als je een e-mail stuurt?

1. directe en verbale communicatie
2. directe en non-verbale communicatie
3. indirecte en verbale communicatie
4. indirecte en non-verbale communicatie

Eenzijdige communicatie

Meerzijdige communicatie

Boek

Netflix

Ex on the beach

Youtube

Gesprek

Snapchat

Whatsapp

Welke twee voorbeelden horen bij het begrip non-verbale communicatie?

1. Gebarentaal en symbolen.
2. Twitteren en verkeersborden.
3. Foto’s en krantenadvertenties.
4. Vloeken en schilderijen.

Wat is een voorbeeld van tweezijdige communicatie?

1. Een e-mail.
2. Een telefoongesprek.
3. Een boek.
4. Een toespraak door de koning.

Wat zijn massamedia?

'Media die zich met hun communicatieboodschap tot grote groepen mensen tegelijk richten'

Informatiesamenleving

Via digitale media krijg je non-stop informatie

Algoritmes

Ingewikkeld wiskundige berekeningen

Aanbieden wat jij 'interessant vindt'

Filterbubbel & selectieve waarneming

Je kiest zelf wat je wilt zien / horen. Algoritme?

Privacy?

Schema

Welke uitspraak over publieke omroepen is juist?

1. hebben als doel geld te verdienen
2. krijgen al hun geld uit reclame-inkomsten
3. ontvangen geld van de overheid
4. zenden geen reclame uit

Krijgen geld van de overheid en moeten programma's maken voor alle doelgroepen

1. commerciele zenders
2. publieke omroepen

Je vindt ……………. vaak in een kwaliteitskrant, maar minder vaak in een populaire krant.

Welk nieuws is hier weggelaten?

1. sportnieuws.
2. nieuws over criminaliteit.
3. politiek nieuws.
4. amusementsnieuws.

Functies voor het individu

(Basis en Kader)

• Informatie
• Onderwijs
• Meningsvorming
• Amusement
• Reclame
• Cultuuroverdracht

Voorbeeld van media met een meningsvormende functie is:

1. Talkshow
2. Reclameblok
3. Journaal
4. Soapserie

Massamedia hebben verschillende functies. Via journaals en nieuwssites krijg je ... over politiek of rampen.

1. Nieuws en informatie
2. Amusement
3. Meningsvorming
4. Cultuuroverdracht

Functies voor de samenleving

Democratische besluitvorming