In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.
Onderdelen in deze les
SUPERHELD
Les 3
Denken
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Lesdoelen
Ik weet welke vaardigheden bij denken horen
Ik weet waarom deze vaardigheden belangrijk zijn
Ik weet wanneer ik deze vaardigheden kan gebruiken
Ik heb geoefend met deze vaardigheden
Slide 3 - Tekstslide
Superheld?
De vaardigheden bij de Superheld zijn díe vaardigheden die jou succesvol maken.
Als je deze vaardigheden veel gebruikt, wordt je vanzelf een superheld!
Superheld?
Slide 4 - Tekstslide
6 vaardigheden bij "Denken"
Denk creatief en flexibel
Verwonder
Denk en werk samen
Maak de juiste keuzes
Gebruik je kennis in nieuwe situaties
Denk over denken
Denken
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Denk creatief en flexibel
Soms kun je maar één oplossing bedenken, maar als je die uitprobeert, blijkt die niet te werken. Dan is het fijn als je creatief kunt denken. Probeer dus eens een andere manier. Dan stap je over op plan B! Heel veel ideeën bedenken is daarbij van belang. Bedenk dan nog niet of het een goed idee is. Dat doe je pas een stap later!
Denk creatief en flexibel
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Denkvierkanten
Denkvierkanten
Slide 9 - Tekstslide
Welke hoort er niet bij?
Waarom niet?
Slide 10 - Open vraag
Denkvierkanten
Denkvierkanten
Slide 11 - Tekstslide
Welke hoort er niet bij?
Waarom niet?
Slide 12 - Open vraag
Denkvierkanten
Denkvierkanten
timer
1:00
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Denk en werk samen
Samenwerken kan best lastig zijn. Soms doe je liever je eigen ding en vind je je eigen ideeën het beste. Maar samen met anderen kun je de ideeën die er zijn verbeteren, zodat het resultaat beter wordt. Voor samenwerken moet je je eigen ideeën en oplossingen durven delen met anderen én moet je openstaan voor de ideeën van anderen.
Denk en werk samen
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Onbewoond eiland
Je bent als team gestrand op een onbewoond eiland met slechts 7 spullen. Van deze spullen mag je er slechts 3 pakken. Overleg met je groepje. Bednk hoe je met die spullen kunt overleven.
Onbewoond eiland
Slide 17 - Tekstslide
Onbewoond eiland
mes
1 meter touw
een rol Duct-Tape
schep
emmer
zeil van 1m x 1m
lucifers
Welke 3?
timer
10:00
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Maak de juiste keuzes
dig je plan bij.
Denk goed na over de keuzes die je hebt: Met wie ga je samenwerken? Is dat vooral gezellig of vullen jullie elkaar juist goed aan en kom je zo tot goede resultaten? Welk taakje doe je eerst? Ga je eerst leuke dingen doen of doe je juist eerst wat belangrijk is? Bedenk ook goed wat het gevolg is van de keuzes die je maakt en stel zo nodig je plan bij.
Maak de juiste keuzes
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Video
Boter, kaas en eieren
timer
10:00
Slide 22 - Tekstslide
Hoeveel keer heb jij gewonnen?
A
0 x
B
1 x
C
2 x
D
3 x
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Gebruik je kennis in nieuwe situaties
Als je iets nieuws geleerd hebt, probeer het dan meteen toe te passen, het liefst in zoveel mogelijk verschillende situaties. Dan blijft wat je geleerd hebt beter hangen, maar je kennis neemt ook toe.
Als je iets nieuws geleerd hebt, probeer het dan meteen toe te passen, het liefst in zoveel mogelijk verschillende situaties. Dan blijft wat je geleerd hebt beter hangen, maar je kennis neemt ook toe.
Gebruik je kennis in nieuwe situaties
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Video
Slide 27 - Sleepvraag
Slide 28 - Sleepvraag
Slide 29 - Sleepvraag
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
Denk over denken
Als je begrijpt hoe je brein werkt, snap je ook waarom je soms dingen moet doen die je saai vindt, zoals herhalen, doorzetten en automatiseren. Het brein is net een spier: veel oefenen maakt je sterker. Als je dat weet, kun je bedenken hoe je beter kunt leren.
Succesvolle mensen plannen, reflecteren en beoordelen de kwaliteit van hun denken, vaardigheden en strategieën.
Denken over denken
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Video
Slide 35 - Tekstslide
Wat kost het ei?
Slide 36 - Open vraag
Uitleg
Samen kost het € 1,06 en de kip is € 1,00 duurder. De kip is minimaal € 1,00, maar ja dan kost het ei niks en dan heb je totaal maar € 1,00. Dus allebei krijgen er evenveel bij tot je € 1,06 hebt. Dus allebei € 0,03 erbij. Daarom is het ei € 0,03. En dat is niet duur :-).
Uitleg
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Op de hoeveelste dag is de slak boven?
Slide 39 - Open vraag
Uitleg
Na 1 dag is hij 5 meter geklommen en na die nacht nog maar 1 meter. De 2e dag klimt hij 5 meter erbij, dus heeft hij totaal 6 meter geklommen. 's Nachts zakt hij weer 4 meter. Enzovoort. Na 15 dagen en nachten is hij dus 15 meter besteden. De 16e dag klimt hij 5 meter en is hij boven :-). Dus 16 dagen.
Uitleg
Slide 40 - Tekstslide
Slide 41 - Tekstslide
Verwonder
Kijk eens om je heen. Zie de wereld met al het moois wat er in is! Als je met die blik door het leven gaat, kun je van veel dingen genieten en vallen dingen je op. Daardoor leer je weer heel veel bij en kun je die dingen toepassen in nieuwe situaties.
Verwonder
Slide 42 - Tekstslide
Slide 43 - Video
Quiz
Zoek een interessant weetje op op het internet of bedenk er zelf een. Weet jij bijvoorbeeld hoeveel lijntjes een A4 lijntjespapiertje heeft? Dat zijn er 35! Ik heb ze zelf geteld.
Bedenk dus zelf een leuke quiz vraag.
Zoek een interessant weetje op op het internet of bedenk er zelf een. Weet jij bijvoorbeeld hoeveel lijntjes een A4 lijntjespapiertje heeft? Dat zijn er 35! Ik heb ze zelf geteld.