powercollege 8 arbeidsproductiviteit en bedrijfsresultaat

Powercollege 8 
Arbeidsproductiviteit
Bedrijfsresultaat 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Powercollege 8 
Arbeidsproductiviteit
Bedrijfsresultaat 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- Productiecapaciteit
- Arbeidsproductiviteit + manieren om te verhogen. 
- Bedrijfsresultaat 

Slide 2 - Tekstslide

Productiecapaciteit
De productiecapaciteit is hoeveel een bedrijf maximaal kan produceren. Dit is afhankelijk van alle beschikbare kapitaalgoederen en arbeidskrachten.

Slide 3 - Tekstslide

arbeidsproductiviteit
totale productie in een periode : aantal werkenden

- Dus ook bijvoorbeeld de administratieve kracht telt mee! 


Slide 4 - Tekstslide

Welke manieren kun je de arbeidsproductiviteit vergroten?

Slide 5 - Open vraag

Arbeidsproductiviteit neemt toe door goede scholing.
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Wat is NIET van invloed op de arbeidsproductiviteit?
A
scholing
B
arbeidsvoorwaarden
C
arbeidsverdeling
D
productiefactoren

Slide 7 - Quizvraag

Verhogen arbeidsproductiviteit
  •  Innovatie = technologische ontwikkeling / automatisering
  • Arbeidsverdeling = iedereen doet waar hij/zij goed in is
  • Scholing = beter opgeleide mensen werken beter
  • Prestatiebeloning = wie beter werkt krijgt meer betaald
  • Arbeidsomstandigheden- = omstandigheden en sfeer bij werknemers verbeteren

Slide 8 - Tekstslide

Een bedrijf produceert 30.000 frikadellen. Er werken 25 mensen in de fabriek en 5 op kantoor. Bereken de arbeidsproductiviteit.
A
1.200
B
750
C
1.000
D
6.000

Slide 9 - Quizvraag

Als de arbeidsproductiviteit toeneemt, kunnen de productiekosten ...
A
dalen.
B
stijgen.
C
gelijk blijven.
D
verdwijnen.

Slide 10 - Quizvraag

Bedrijfsresultaat
Arbeidsproductiviteit heel belangrijk: 
Hoe lager de productiekosten --> hoe beter het resultaat!




Slide 11 - Tekstslide

Brutowinst --->Nettoresultaat
Een hoge omzet zegt nog niet alles over het bedrijfsresultaten.

Omzet
Inkoopwaarde -
Brutowinst
Bedrijfskosten -
Nettowinst

Slide 12 - Tekstslide

Afzet
Afzet is het aantal producten dat een bedrijf verkoopt.

Slide 13 - Tekstslide

Omzet
afzet x de verkoopprijs

LET OP: de verkoopprijs is exclusief btw!

Omzet wordt ook wel opbrengst of verkoopwaarde genoemd.

Slide 14 - Tekstslide

Van omzet naar nettowinst
Omzet                                              (verkoopprijs x aantal verkochte producten)
Inkoopwaarde                              (inkoopprijs x aantal verkochte producten)
-----------------    -
Brutowinst
Bedrijfskosten                              (Bijvoorbeeld: loon, huur, etc.)
-----------------     -
Nettowinst

Slide 15 - Tekstslide

Hoe bereken je de brutowinst?
A
nettowinst - bedrijfskosten
B
omzet - inkoopprijs
C
afzet x prijs
D
bedrijfskosten - inkoopprijs

Slide 16 - Quizvraag

De omzet is € 25.000, de inkoopwaarde is € 12.347. Hoeveel is de brutowinst?

Slide 17 - Open vraag

Van omzet naar nettowinst
Omzet                                              (verkoopprijs x aantal verkochte producten)
Inkoopwaarde                              (inkoopprijs x aantal verkochte producten)
-----------------    -
Brutowinst
Bedrijfskosten                              (Bijvoorbeeld: loon, huur, etc.)
-----------------     -
Nettowinst

Slide 18 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van bedrijfskosten.

Slide 19 - Open vraag

Leerdoelen
- Productiecapaciteit
- Arbeidsproductiviteit + manieren om te verhogen. 
- Bedrijfsresultaat 

Slide 20 - Tekstslide