VMBO 4 Lezen.

Herzlich Willkommen
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herzlich Willkommen

Slide 1 - Tekstslide

Programm

  • Wie lese ich einen Text? 

Slide 2 - Tekstslide

Lernziel
In deze les leer je hoe je een (Duitse) tekst het beste kunt lezen 

Slide 3 - Tekstslide

Eerst ga je de tekst skimmen, dat is de tekst snel lezen zodat je ongeveer weet waar de tekst over gaat. Je bekijkt de opvallende stukjes en per alinea de eerste en laatste zin.
Daarna ga je de tekst scannen, waarbij je op zoek gaat naar specifieke informatie.
Tot slot ga je de tekst intensief lezen, waarbij je de tekst helemaal gaat lezen.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

slimme strategieën die jij kan gebruiken tijdens het maken van de leestoets.

Slide 6 - Tekstslide

Voor het lezen:

  • Probeer eerst een beeld te vormen van de tekst.
  • Wat voor een type tekst is het? 
  • Is het bijvoorbeeld een brief, artikel of advertentie? 

Slide 7 - Tekstslide

 Sleep het juiste cijfer naar de bijbehorende letter.
Brief
Advertentie
Artikel

Slide 8 - Sleepvraag

Voor het lezen:

  • Kijk naar de titel: wat weet jij al van het onderwerp
  • Bekijk eventuele plaatjes of tussenkopjes.
  • staat er een bron bij
  • Bekijk de opdracht/ vragen die bij te tekst horen van tevoren 

Slide 9 - Tekstslide

De opbouw van de tekst 
titel
inleiding
alinea
bron
plaatje

Slide 10 - Sleepvraag

Voor het lezen: Samengevat

  • beeld  vormen 
  • type tekst  
  • wat weet jij al 
  • plaatjes of tussenkopjes.
  • Bekijk de opdracht/ vragen 

Slide 11 - Tekstslide

Tijdens het lezen:
1. Eerst ga je de tekst skimmen,
  • dat is de tekst snel lezen zodat je ongeveer weet waar de tekst over gaat. 
  • Je bekijkt de opvallende stukjes en per alinea de eerste en laatste zin.


Slide 12 - Tekstslide

Tijdens het lezen:

2. Daarna ga je de tekst scannen:
  •   je gaat op zoek naar specifieke informatie.


Slide 13 - Tekstslide

Tijdens het lezen:
3. Tot slot ga je de tekst intensief lezen:
  •   je gaat de tekst helemaal lezen.

Slide 14 - Tekstslide

Tijdens het lezen: Samengevat
  1. skimmen
  2. scannen
  3. intensief lezen:

Slide 15 - Tekstslide

Bij welke strategie lees je de tekst nauwkeurig? (2 antwoorden zijn juist)
A
intensief lezen
B
scannen/skimmen
C
begrijpend
D
zoekend

Slide 16 - Quizvraag

Stap 2
Stap 1
Stap 3
Stap 4
intensief lezen
skimmen( titel,plaatjes)
scannen
vraag  lezen

Slide 17 - Sleepvraag

Globaal lezen
Gericht lezen
Intensief lezen
Je leest de tekst op hoofdlijnen vlot door omdat er gevraagd wordt naar de hoofdgedachte van een tekst
je zoekt  specifieke infromatie zoals getallen, openingstijdens etc. Je leest alleen dit stuk
Je leest een tekstgedeelte zo goed dat je ook de details begrijpt

Slide 18 - Sleepvraag

Het beantwoorden van de vragen:
 tekst goed gelezen - nogmaals goed naar de vragen kijken. 
Er zijn verschillende typen vragen:

Slide 19 - Tekstslide

Het beantwoorden van de vragen:
 

  • Bij vragen over de hele tekst ga je nogmaals skimmen en zoeken naar aanwijzingen voor het antwoord.
 

Slide 20 - Tekstslide

Het beantwoorden van de vragen:
  
  • Voor vragen naar bepaalde informatie kun je gaan scannen en de juiste woorden zoeken. 
 

Slide 21 - Tekstslide

Het beantwoorden van de vragen:

  • Als bij vragen regelnummers worden gegeven, is het handig als je de hele alinea daar omheen leest.
 

Slide 22 - Tekstslide

Het beantwoorden van de vragen:
Samengevat:

  •  skimmen 
  •  scannen 
  •  vragen regelnummers -> hele alinea  lezen
 

Slide 23 - Tekstslide

meerkeuzevragen
Bij meerkeuzevragen staan de vragen meestal op volgorde van de tekst. 
  • Lees alleen het stukje waar jij denkt dat het antwoord staat.
  • Probeer dan eerst zelf een antwoord te geven en daarna te kijken welk antwoord het beste op jouw antwoord lijkt.

Slide 24 - Tekstslide

Tot Slot
 bij elke vraag juiste stuk tekst  vinden ->   
 antwoord  niet  gevonden ->  
volgende vraag -> 
later op terugkomen.   

Slide 25 - Tekstslide

Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 6
Stap 7
Bedenk voor jezelf het goede antwoord (markeren)
Lees de vraag
Lees de antwoordmogelijkheden
Lees de alinea
Bekijk welke alinea je moet lezen
Streep antwoorden weg + de vraag beantwoorden
Lees de vraag opnieuw

Slide 26 - Sleepvraag

Woorden raden of hakken
Gedetailleerd lezen; hele/ gedeelte van tekst lezen, op zoek naar verbanden.
Selectief lezen; zoeken naar één bepaald gegeven
Plaatjes, titel, tussenkopjes.
Verbanden tussen delen van de tekst ontdekken m.b.v. signaalwoorden
Snel en globaal lezen 
Gebrek aan woordenschat compenseren.
Woorden afleiden
Intensief lezen
Scannen
Structuur ontdekken en gebruiken
Voorspellen
Skimmen
Voorkennis gebruiken

Slide 27 - Sleepvraag

Een leestekst lees je - als je slim bent - in drie rondes. 
Per ronde heb je een doel en een aanpak

Sleep de doelen en aanpakken naar de juiste ronde. 
Ronde 1:
globaal lezen
Ronde 2:
nauwkeurig lezen
Ronde 3:
vragen beantwoorden
Doel
Aanpak
Je wilt een beeld krijgen van het onderwerp, je voorkennis activeren en het tekstdoel bepalen.
Je wilt alle belangrijke informatie uit de tekst tot je krijgen.
Je wilt alle vragen exact kunnen beantwoorden.
Je bekijkt de titel en de bron, je leest de inleiding en het slot en je bekijkt tussenkopjes.
Je onderstreept signaalwoorden en kernzinnen, je markeert woorden en je maakt aantekeningen.
Je leest de vraag nauwkeurig, onderstreept belangrijke woorden en formuleert zorgvuldig.

Slide 28 - Sleepvraag

nu jullie!

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Leseaufgabe
Lies bitte den Text: Mein Papa ist berühmt und wähle die richtige Antwort 

Viel Erfolg! 

Slide 31 - Tekstslide

Text: Mein Papa ist berühmt
(Teil 1)
Jez ist 13 Jahre alt und Sohn eines bekannten Musikers. Trotzdem findet er seine Familie ganz normal. 

Mein Vater ist von Beruf Schlagzeuger der Band Die Toten Hosen. Eigentlich finde ich das total gut, aber manchmal ist es auch schwierig für mich. Es gibt Kinder, die verstehen nicht, dass Schlagzeuger sein wirklich ein Beruf ist. Andere denken, ich würde lügen, wenn ich von meinem Vater erzähle.

Frage: Was hält Jez davon, dass sein Vater berühmt ist?

Slide 32 - Tekstslide

Was hält Jez davon, dass sein Vater berühmt ist?
A
Er findet es sehr unangenehm, weil niemand glaubt, dass sein Vater berühmt ist.
B
Er findet es toll, aber manchmal auch unangenehm.
C
Er hat überhaupt keine Probleme damit.

Slide 33 - Quizvraag

Text: Mein Papa ist berühmt
(Teil 2)
In der Grundschule habe ich es erlebt, dass Mitschüler so getan haben als seien sie meine beste Freunde. Dabei wollten die eigentlich nur ein Autogramm (handtekening) von den Toten Hosen haben. Und als sie dann ihre Unterschriften hatten, waren sie plötzlich total fies (onaardig) zu mir und haben mich stets geärgert. Deswegen erzähle ich fremden Kinder am Anfang nichts von meinem Vater. Zuerst will ich sehen, ob sie mich auch ohne berühmten Papa mögen.

Frage: Was hat Jez bemerkt?

Slide 34 - Tekstslide

Was hat Jez bemerkt?
A
Weil sein Vater berühmt ist, hat er mehr gute Freunde bekommen.
B
Weil viele Mitschüler die Toten Hosen nicht möchten, wird er von ihnen gemobbt (gepest).
C
Er ist sich niemals sicher, ob andere an ihm oder an seinem Vater interessiert sind.

Slide 35 - Quizvraag

Text: Mein Papa ist berühmt
(Teil 3)
Zu Hause sind wir eine ganz normale Familie: meine Mutter, mein Vater und ich. Über die Band reden wir fast nie. Natürlich freue ich mich, wenn ich ein Video den Toten Hosen im Fernsehen sehe - dann bin ich auch stolz auf meinem Vater. Das Coolste ist, dass er viele andere Musiker persönlich kennt und mich mit zu ihren Konzerten nimmt. Wenn er lange auf Tour ist, vermisse ich ihn sehr. Meine Mutter versucht dann, mich abzulenken und besonders tolle Sachen mit mir zu unternehmen. 

Frage: Wenn er lange auf Tour ist, vermisse ich ihn sehr'. Welches Wort kann man zwischen 'ihn' und 'sehr' einsetzen, ohne dass sich die Bedeutung dieses Sätzes ändert?

Slide 36 - Tekstslide

'Wenn er lange auf Tour ist, vermisse ich ihn sehr'. Welches Wort kann man zwischen 'ihn' und 'sehr' einsetzen, ohne dass sich die Bedeutung dieses Sätzes ändert?
A
aber
B
sogar
C
nämlich

Slide 37 - Quizvraag

Text: Mein Papa ist berühmt
(Teil 4)
Wenn ich Ferien habe und mein Papa Konzerte in Deutschland spielt, fahre ich mit und helfe mit. Vor eimem Konzert gibt es unglaublich viel zu tun. Das Auspacken, Aufbauen und Verkabeln der Intstrumente dauert ewig. Die Gitarristen haben zum Beispiel nicht jeder nur eine Gitarre dabei, sondern fünf oder sechs. Und die müssen alle perfekt gestimmt sein. Ich helfe am liebsten beim T-Shirt-Verkaufen. Das macht Spaß, weil man dabei viele lustige Leute kennenlernt.

Slide 38 - Tekstslide

Welche Behauptung ist richtig?
A
Die technischen Vorbereitungen für ein Konzert findet Jez gar nicht interessant.
B
Jez verkauft gerne Fanartikel, weil er dann interessante Leute kennenlernt.
C
Jez findet es blöd, dass er in den Ferien auch noch für die Band seines Vaters arbeiten muss.

Slide 39 - Quizvraag

Text: Mein Papa ist berühmt
(Teil 4)
Später will ich selbst in einer Band spielen, als Gitarist. Meine Mutter bringt mir das Gitarrespielen bei, sie hat vor meiner Geburt auch in einer Band gespielt. Zwei Freunde von mir spielen Bass und Gitarre. Wenn wir uns treffen, machen wir oft zusammen Musik - und mein Papa muss dann Schlagzeug dazu spielen. Ich hoffe sehr, dass es mit meiner eigenen Band später klappt und dass wir auch berühmt werden. Bis dahin kann ich meinem Papa und den Toten Hosen ja noch ein bisschen über die Schulter schauen.                                                     


Frage: Glaubt Jez, dass er etwas von seinem Vater lernen kann, weil er selbst auch Musiker werden will?

Slide 40 - Tekstslide

Glaubt Jez, dass er etwas von seinem Vater lernen kann, weil er selbst auch Musiker werden will?
A
Darüber wird nichts im Text gesagt.
B
Nein, er möchte seinen ganz eigenen Stil entwickeln.
C
Ja, er glaubt, dass die Toten Hosen ihm schon etwas beibringen können.

Slide 41 - Quizvraag

Was hältst du von diesem Text und den dazugehörigen Fragen?
A
Ich fand es schwierig.
B
Ich fand es okay.
C
Ich fand es einfach.

Slide 42 - Quizvraag

Weet je nu beter hoe je een tekst kunt lezen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 43 - Poll