H8 Rekenen

Hoofdstuk 8 Rekenen

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8 Rekenen

Slide 1 - Tekstslide

Getallen groter dan vier cijfers schrijf je vaak in groepjes van drie.

Bijvoorbeeld 4628576433

schrijf je als 4 628 576 433

Slide 2 - Tekstslide

Schrijf 12364579403 in groepjes van 3.

Slide 3 - Open vraag

Schrijf een miljard in cijfers

Slide 4 - Open vraag

Schrijf een miljoen in cijfers

Slide 5 - Open vraag

Schrijf een biljoen in cijfers.

Slide 6 - Open vraag

Schrijf 8,2 miljoen in cijfers

De komma schuift 6 plekken op (miljoen heeft 6 nullen).

8200000

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf 3,64 miljard in cijfers.

Slide 8 - Open vraag

Schrijf 12 468 322 met miljoen of miljard(rond af op 1 decimaal).


12 468 322  (miljoen)

12,5 miljoen

Slide 9 - Tekstslide

Schrijf dit getal met miljoen of miljard (rond af op 1 decimaal): 3 654 378 211

Slide 10 - Open vraag

Wetenschappelijke notatie

Soms past een antwoord niet op je rekenmachine. Je rekenmachine schrijft dit dan op als een macht van 10 bijvoorbeeld  1,2 x 105.

Dit betekent dat de komma 5 plekken naar rechts schuift.

Slide 11 - Tekstslide

Wetenschappelijk notatie

Afspraken:

Altijd maar een cijfer voor de komma (mag geen 0 zijn)

         Vaak rond je af op een decimaal achter de komma.

2e deel is een macht van 10

Slide 12 - Tekstslide

Schrijf in de wetenschappelijke notatie


5 700 000

5,7 x 106

Slide 13 - Tekstslide

Schrijf 7 591 324 567 in de wetenschappelijke notatie (rond af op een decimaal)

Slide 14 - Open vraag

Schrijf 6,5 x 10^7 voluit.

Slide 15 - Open vraag

Schrijf 4,67 x 10^9 voluit.

Slide 16 - Open vraag

Wat betekent dit?

Slide 17 - Woordweb





Tekstdjla

Slide 18 - Tekstslide