In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
De Stadia van de Geboorte
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je de stadia van de geboorte uitleggen.
Slide 2 - Tekstslide
Introduceer het leerdoel en vertel de studenten wat ze aan het einde van de les zullen leren.
Wat weet je al over de stadia van de geboorte?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Stadium 1: Latente Fase
De latente fase is de eerste fase van de bevalling waarin de baarmoederhals zich begint te openen. Dit kan uren of dagen duren.
Slide 4 - Tekstslide
Leg uit wat de latente fase is en bespreek de verschillende stadia van de bevalling.
Stadium 2: Uitdrijvingsfase
De uitdrijvingsfase is de tweede fase van de bevalling waarin de baby door het geboortekanaal wordt geduwd en geboren wordt.
Slide 5 - Tekstslide
Beschrijf de uitdrijvingsfase en leg uit hoe de baby door het geboortekanaal komt.
Stadium 3: Placenta Fase
De placenta fase is de derde en laatste fase van de bevalling waarin de placenta wordt uitgedreven.
Slide 6 - Tekstslide
Beschrijf de placenta fase en bespreek waarom het belangrijk is dat de placenta wordt uitgedreven.
De rol van de vroedvrouw
De vroedvrouw speelt een belangrijke rol tijdens de bevalling. Ze controleert de hartslag van de baby en de moeder en helpt de moeder bij het persen.
Slide 7 - Tekstslide
Leg uit wat de rol van de vroedvrouw is tijdens de bevalling en bespreek waarom haar aanwezigheid belangrijk is.
Complicaties tijdens de bevalling
Er kunnen tijdens de bevalling complicaties optreden, zoals een stuitligging of een noodzaak voor een keizersnede.
Slide 8 - Tekstslide
Beschrijf de mogelijke complicaties die tijdens de bevalling kunnen optreden en bespreek hoe deze kunnen worden behandeld.
Hoe te bevallen
Er zijn verschillende manieren om te bevallen, waaronder vaginale bevalling en keizersnede.
Slide 9 - Tekstslide
Bespreek de verschillende methoden om te bevallen en bespreek de voor- en nadelen van elke methode.
Voorspellen van de bevallingsdatum
Artsen en vroedvrouwen kunnen de bevallingsdatum voorspellen op basis van de laatste menstruatiecyclus en de grootte van de baarmoeder.
Slide 10 - Tekstslide
Leg uit hoe artsen en vroedvrouwen de bevallingsdatum kunnen voorspellen en bespreek de nauwkeurigheid van deze voorspellingen.
Voorbereiding op de bevalling
Moeders kunnen zich voorbereiden op de bevalling door lessen te volgen over bevalling, oefeningen te doen en een geboorteplan te maken.
Slide 11 - Tekstslide
Bespreek hoe moeders zich kunnen voorbereiden op de bevalling en bespreek waarom deze voorbereiding belangrijk is.
Postpartum Care
Postpartum verzorging is belangrijk voor zowel de moeder als de baby. Dit omvat onder andere borstvoeding geven en de baby op de juiste manier verzorgen.
Slide 12 - Tekstslide
Leg uit waarom postpartum zorg belangrijk is voor zowel de moeder als de baby en bespreek de verschillende aspecten van postpartum zorg.
Pijnbestrijding tijdens de bevalling
Er zijn verschillende opties voor pijnbestrijding tijdens de bevalling, waaronder epidurale anesthesie en lachgas.
Slide 13 - Tekstslide
Beschrijf de verschillende opties voor pijnbestrijding tijdens de bevalling en bespreek de voor- en nadelen van elke methode.
Wanneer naar het ziekenhuis gaan
Moeders moeten naar het ziekenhuis gaan als ze regelmatige weeën hebben en de weeën pijnlijk zijn.
Slide 14 - Tekstslide
Beschrijf wanneer moeders naar het ziekenhuis moeten gaan en bespreek waarom het belangrijk is om op tijd te zijn.
Veranderingen in het lichaam van de moeder
Tijdens de bevalling verandert het lichaam van de moeder op verschillende manieren, waaronder de opening van de baarmoederhals en het breken van de vliezen.
Slide 15 - Tekstslide
Beschrijf de veranderingen die het lichaam van de moeder ondergaat tijdens de bevalling en bespreek waarom deze veranderingen belangrijk zijn.
Het belang van ademhaling
Ademhaling tijdens de bevalling is belangrijk om de moeder te helpen ontspannen en de baby te helpen zuurstof te krijgen.
Slide 16 - Tekstslide
Leg uit waarom ademhaling belangrijk is tijdens de bevalling en bespreek verschillende ademhalingstechnieken.
Hoe de baby te verzorgen na de geboorte
Na de geboorte moet de baby worden verzorgd, waaronder het afvegen van de baby en het geven van borstvoeding.
Slide 17 - Tekstslide
Beschrijf hoe de baby na de geboorte moet worden verzorgd en bespreek waarom deze zorg belangrijk is.
Hoe de moeder te verzorgen na de geboorte
Na de geboorte moet de moeder worden verzorgd, waaronder rusten en het verzorgen van de borsten.
Slide 18 - Tekstslide
Beschrijf hoe de moeder na de geboorte moet worden verzorgd en bespreek waarom deze zorg belangrijk is.
Postnatale depressie
Postnatale depressie is een depressie die optreedt na de geboorte en kan worden behandeld met counseling en medicatie.
Slide 19 - Tekstslide
Leg uit wat postpartum depressie is en bespreek de behandelingsopties.
Vragen
Heb je nog vragen over de stadia van de geboorte?
Slide 20 - Tekstslide
Beantwoord eventuele vragen die de studenten hebben over de stadia van de bevalling.
Samenvatting
De stadia van de bevalling omvatten de latente fase, de uitdrijvingsfase en de placenta fase. Tijdens de bevalling verandert het lichaam van de moeder en moet de baby worden verzorgd na de geboorte.
Slide 21 - Tekstslide
Vat de belangrijkste punten van de les samen en bevestig het leerdoel.
Bronnen
Hier zijn enkele bronnen die u kunt raadplegen voor meer informatie over de stadia van de bevalling: American Pregnancy Association, Mayo Clinic, WebMD.
Slide 22 - Tekstslide
Geef de studenten enkele bronnen waar ze meer informatie kunnen vinden over de stadia van de bevalling.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 23 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 24 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 25 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.