chapitre 1

leerdoelen chapitre 1
- jezelf voorstellen 
- vertellen over je familie, vrienden

- kloktijden
- het bezittelijk voornaamwoord

- de regelmatige ww op -er, -ir en -re (présent)
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

leerdoelen chapitre 1
- jezelf voorstellen 
- vertellen over je familie, vrienden

- kloktijden
- het bezittelijk voornaamwoord

- de regelmatige ww op -er, -ir en -re (présent)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

schrijf 3 huisdieren op in het Frans

Slide 3 - Woordweb

welke windstreken kun je in het Frans vertalen?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Dans chapitre 1 on parle de la famille. 
Quels membres de la famille connais-tu?
1.
2.
3.
4.
5.
6.

Slide 6 - Tekstslide

regardez exercice 2 page 6
Quels mots ne connaissez-vous pas?

remplissez les trous 

Slide 7 - Tekstslide

  1. frère
  2. fille  
  3. grand-père  
  4. grand-mère  
  5. tante  
  6. oncle  
  7. cousine / cousin  

 

Slide 8 - Tekstslide

luistervaardigheid
werkboek blz. 7 
opdracht 4 a en b

Slide 9 - Tekstslide

réponses
1 Zij gaat op zoek naar een huisdier.

2 Ter gelegenheid van haar 16de verjaardag.

3 Antoine helpt haar om te kiezen.

4 Mathilde vindt een huisdier en neemt hem mee naar huis, maar haar moeder is daar niet blij mee.

 

Slide 10 - Tekstslide

Bron A page 7 de votre livre d'exercice 
lis le titre et l'introduction du texte A
page 8 livre de textes et regarde les images
réponds en néerlandais

Slide 11 - Tekstslide

Ferme le livre de textes
lis les phrases,
écoute le texte
coche la bonne réponse

Slide 12 - Tekstslide

réponses
exercice 4b

1C

2C

3A 

Slide 13 - Tekstslide

maak de zin ontkennend
j'ai un animal domestique
ik heb een huisdier
ik heb geen huisdier -
je ...........     .............d'animal domestique

Slide 14 - Tekstslide

je n'ai pas d'animal domestique

Slide 15 - Tekstslide

luistervaardigheid
livre d'exercices page 7
exercice 4d 
lis les phrases 
note les réponses en hollandais et choisis 

Slide 16 - Tekstslide

exercice 4e page 8
écoute de nouveau
le premier fragment
écris d'abord les données (gegevens)
straat
etc...

Slide 17 - Tekstslide

exercice f et g
lis les questions et coche les bonnes réponses
1 a/b/c
2a/b/c
g. 
a/b/c

Slide 18 - Tekstslide

grammaire bron C
het bezittelijk voornaamwoord

Slide 19 - Tekstslide

mon/ ma  ton/ta
c’est quand l’anniversaire de ton père?
L’anniversaire de mon père est le .........................
c'est quand l'anniversaire de ta mère? 
l'anniversaire de ma mère est le ...................

Slide 20 - Tekstslide

on va d'abord répéter les nombres jusqu'à 31

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

les nombres 
de getallen tot en met 31

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

je gaat een ondertiteld filmpje zien 

schrijf tijdens het filmpje woorden op die je niet kent
misschien ken je deze onderstaande nog niet  
1. tiens = hé!
2. arobase: = @ 
3. volontiers = graag! 

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

welke woorden kende je niet?
1.
2.
3.

Slide 27 - Tekstslide

vertaal (woordenlijst B)

1. Mijn stiefvader is blij.
2. Ik ben bij mijn stiefmoeder
3. Hij is verlegen maar grappig

Slide 28 - Tekstslide

1. Mijn stiefvader is blij.
2. Ik ben bij mijn stiefmoeder.
3. Hij is verlegen maar grappig.

1. Mon beau-père est content.
2. Je suis chez ma belle-mère.
3. Il est timide mais marrant. 

Slide 29 - Tekstslide

vertaal 
Frans-Nederlands
eventueel m.b.v. je tekstboek



1. mon chien n'aime pas jouer 
le soir.
2. Je suis née à Almere. 
3. Cette histoire est marrante.

Slide 30 - Tekstslide

1. mon chien n'aime pas jouer
le soir.
2. Je suis née à Almere.
3. Cette histoire est marrante.
1. Mijn hond houdt er niet van om 's avonds te spelen.
2. Ik ben in Almere geboren.
3. Dit verhaal is grappig. 

Slide 31 - Tekstslide

le soir - 's avonds
le lundi / le mardi / le mercredi -
le  ervoor? 
(elke maandag) 

Slide 32 - Tekstslide

le sport = de sport 
mijn lievelingssport
.......................sport préféré

Slide 33 - Tekstslide

jouw lievelingssport
...........................sport préféré

Slide 34 - Tekstslide

zijn lievelingssport
.............................sport préféré

Slide 35 - Tekstslide

haar lievelingssport
....................................sport préféré

Slide 36 - Tekstslide

kijk nu in je tekstboek
bron C page 10

Slide 37 - Tekstslide

onze lievelingssport 
........................................sport préféré

Slide 38 - Tekstslide

maar nu in het meervoud
onze lievelingssporten
nos sports préférés

Slide 39 - Tekstslide

maken opdracht 16 d
TEKSTBOEK blz. 11

Slide 40 - Tekstslide

klassikaal spreekvaardigheid
opdracht 16 d werkboek blz. 16

Slide 41 - Tekstslide

schrijfvaardigheid

inleveren tijdens de les

minimaal 5 complete zinnen

exercice 18 page 17

Slide 42 - Tekstslide

les verbes : commencer / travailler / aimer/  adorer /  détester
Schrijf je antwoord op!
1- Wat is de stam van het werkwoord .....?
2- Welke persoonlijke voornaamwoorden ken je?
3- Wat zijn de uitgangen van de "présent"?

timer
1:00

Slide 43 - Tekstslide