Thema 5 - basisstof 5.6 - Regeling

Thema 5 - Waarneming, gedrag en regeling
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 5 - Waarneming, gedrag en regeling

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
10 min- Herhalen basisstof 5: gedrag
5 min -  Uitleg basisstof 6: regeling
15 min - Opdracht: wat is jouw gedrag?
15 min - Opdrachten Basisstof 5.6
10 min - Afsluiting 

Slide 2 - Tekstslide

Waaruit bestaat gedrag?
A
Handelingen
B
Slapen en eten
C
Leven
D
Zingen

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een gedragsketen?

Slide 4 - Open vraag

Inwendige prikkel
Uitwendige prikkel
Je hebt honger
Je hoort een auto
Een aap wordt uitgedaagd voor een gevecht.
Je moet plassen

Slide 5 - Sleepvraag

Wat is de betekenis van Normen en Waarden?

Slide 6 - Open vraag

Torenvalken hangen vaak stil in de lucht. Ze bewegen alleen hun vleugels. Ze zien op de grond een prooi, bijvoorbeeld een muis. Plotseling maken ze een duikvlucht om de prooi te grijpen.
Welk begrip hoort bij de duikvlucht?
A
impuls
B
prikkel
C
respons

Slide 7 - Quizvraag

Aangeboren gedrag
Aangeleerd gedrag

Slide 8 - Sleepvraag

Wat ga je leren?
5.6.13 Je kunt benoemen wat terugkoppeling is en hiervan voorbeelden geven.
5.6.14 Je kunt de werking van adrenaline, glucagon en insuline benoemen.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe werken hormonen?

  • Wat zijn hormonen?
  • Hormonen zijn regelstoffen

  • Hormoonklieren maken deze stoffen
  • Bij signaal (van zenuwcel of ander hormoon) 
  • geven de cellen stoffen af aan het bloed



Slide 10 - Tekstslide

Je hormoonklieren

Slide 11 - Tekstslide

Suikerziekte
Je lichaam heeft glucose nodig. Glucose is ‘brandstof’ voor je lichaam. Het geeft je energie om te bewegen, warm te blijven en voor alle processen die in je lichaam plaatsvinden.

Je lichaam regelt de hoeveelheid glucose in je bloed met twee hormonen: insuline en glucagon
Deze hormonen worden geproduceerd in de alvleesklier. 

Het hormoon insuline regelt dat glucose wordt opgeslagen in de lever. Iemand met suikerziekte maakt te weinig insuline. Er wordt dan te weinig glucose opgeslagen.

Suikerpatiënten moeten zelf de hoeveelheid glucose in hun bloed regelen.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht: Wat is jouw gedrag?
1. Bedenk een gedrag dat je vandaag hebt gedaan?
2. Wat was de prikkel?
3. Was de prikkel inwendig of uitwendig?
4. Wat was je motivatie voor het gedrag?
5. Is het gedrag aangeboren of aangeleerd?
6. Wat is de observatie van het gedrag?
7. Wat is de interpretatie van het gedrag?

Slide 13 - Tekstslide

Opdrachten
Lees de tekst van Basisstof 5.6 op blz 130 t/m 132.
Maak opdracht 1 t/m 6

Slide 14 - Tekstslide

Afsluiting
Huiswerk: B5.6 - opdracht 1 t/m 6

Slide 15 - Tekstslide