Procentenquiz BBL 4

procentenquiz  %
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

procentenquiz  %

Slide 1 - Tekstslide


Hoeveel procent is €60 van 240 euro?
A
42%
B
25%
C
20%
D
65%

Slide 2 - Quizvraag

Klaas eet 2 van de 8 stukken pizza.

Hoeveel procent is dat?
A
12,5%
B
30%
C
40%
D
25%

Slide 3 - Quizvraag

Op de eerste dag van de wandelvierdaagse zijn 800 mensen gestopt. Dat is 5% van de deelnemers.
Hoeveel wandelaars waren er aan de start?

100% .....
A
800
B
5
C
Dat moet je uitrekenen

Slide 4 - Quizvraag

Hoe schrijf je 45% als decimaal getal?
A
45,00
B
4,5
C
0,45
D
1,45

Slide 5 - Quizvraag

Je krijgt 25% korting op een jas. Je betaalt 30 euro minder. Hoeveel kostte de jas zonder korting?

100% is .......
A
25
B
30
C
Dat moet je uitrekenen

Slide 6 - Quizvraag

75% van de gasten is tevreden.

Welk deel van de gasten is ONTEVREDEN?
A
2 van de 3
B
3 van de 4
C
1 van de 3
D
1 van de 4

Slide 7 - Quizvraag

Peter gaat uit eten. Normaal kost het menu 90 euro.
Hij krijgt 30% korting.

Hoeveel procent van de prijs betaalt Peter?
A
70%
B
40%
C
60%
D
75%

Slide 8 - Quizvraag

Luuk gaat uit eten. Normaal kost het menu 90 euro. Maar Luuk krijgt 30% korting.

Hoeveel betaalt Luuk?
A
65 euro
B
27 euro
C
63 euro
D
75 euro

Slide 9 - Quizvraag

Er is 140 kg massief hout gebruikt voor een balie. Er ligt 16 kg afval van het hout in de container.

Wat is het afvalpercentage van het massieve hout?


Hoe bereken je het percentage?
A
11,43 %
B
22,4%
C
12%
D
22,4%

Slide 10 - Quizvraag

Je betaalt 360 euro voor een tv. Dat is inclusief 21% BTW. Wat is de prijs exclusief BTW?

100% is ...
A
360
B
21
C
Dat moet je uitrekenen

Slide 11 - Quizvraag

Een horloge kost €250 na korting. Je hebt 20% korting gekregen.

Wat is de normale prijs van het horloge?
A
€ 200
B
€ 1250
C
€ 50
D
€ 312,50

Slide 12 - Quizvraag

Er zijn dit jaar 1500 studenten op school. Vorig jaar waren dat er 2000. Met hoeveel procent is het aantal studenten afgenomen?

100 % is .......

A
1500
B
2000
C
Dat moet je uitrekenen

Slide 13 - Quizvraag

Welke klopt niet in deze rij:

1/3 - 1 van de 3 - 0,3333 - 30 %
A
1/3
B
1 van de 3
C
0,3333
D
30 %

Slide 14 - Quizvraag

Rolschaatsen VAN 80,- VOOR 60,- euro. Hoeveel % korting krijg je?

Hoe bereken je dit?
A
60:80x100
B
20:80x100
C
80:100x60
D
60:100x80

Slide 15 - Quizvraag

Fay koopt de stoel.

Hoeveel procent korting krijgt
Fay op de stoel?

A
20 %
B
90 %
C
40 %
D
15 %

Slide 16 - Quizvraag

Verkoopprijs is $ 105 excl. BTW.
De BTW is 21%.

Hoe bereken je de verkoopprijs in $ (dollar) met BTW?
A
100 : 105 x 21 + 105
B
105 : 100 x 21 + 105
C
100 : 105 x 121
D
105 : 100 x 121

Slide 17 - Quizvraag

Nadia heeft € 345,- op haar spaarrekening. Zij ontvangt jaarlijks 2% rente.

Hoeveel spaargeld heeft zij na twee jaar op haar rekening?
A
€ 13,80
B
€ 351,90
C
€ 358,94
D
€ 358,80

Slide 18 - Quizvraag

20% van de passagiers in de bus heeft een koptelefoon op. Dit zijn 12 mensen.

Hoeveel mensen zitten in de bus?

A
167
B
48
C
24
D
60

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Welke conclusie kun je, tot nu toe, voor jezelf uit deze test halen?

Slide 21 - Open vraag